Difference between revisions of "Putzeys, Paul (1897-1983)"

From Bestor_NL
Jump to: navigation, search
(Biografie)
Line 10: Line 10:
 
Omwille van de oprichting van de vakgroep biochemie stopte hij met het doceren van de cursus analytische chemie en werd hij titularis van de cursussen biochemie in beide taalstelsels.<ref>Gisèle Préaux en René Lontie, [http://www.md.ucl.ac.be/histoire/putzeys/putzeys.pdf "Professeur Paul Putzeys. Biochimiste des protéines 1897-1983)"], 9 blz., geconsulteerd op 18/05/2010 om 11u.30.</ref> In 1951 was hij medestichter van de Belgische Vereniging voor biochemie en moleculaire biologie.<br/>   
 
Omwille van de oprichting van de vakgroep biochemie stopte hij met het doceren van de cursus analytische chemie en werd hij titularis van de cursussen biochemie in beide taalstelsels.<ref>Gisèle Préaux en René Lontie, [http://www.md.ucl.ac.be/histoire/putzeys/putzeys.pdf "Professeur Paul Putzeys. Biochimiste des protéines 1897-1983)"], 9 blz., geconsulteerd op 18/05/2010 om 11u.30.</ref> In 1951 was hij medestichter van de Belgische Vereniging voor biochemie en moleculaire biologie.<br/>   
 
Hij werd toegelaten tot het emeritaat in 1968.<br/>   
 
Hij werd toegelaten tot het emeritaat in 1968.<br/>   
Putzeys was stichtend lid van de [[Koninklijke Vlaamse Academie voor Geneeskunde]] maar koos in 1941 ervoor om over te stappen naar de [[Académie royale des sciences des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique -Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten|Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten]], aangezien zijn interesse was verschoven in de richting van de biochemie. Hij werd op 13 september 1941 werkend lid en bestuurder in 1952.  <br/>
+
Putzeys was stichtend lid van de [[Koninklijke Vlaamse Academie voor Geneeskunde]] maar koos in 1941 ervoor om over te stappen naar de [[Académie royale des sciences des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique - Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten|Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten]], aangezien zijn interesse was verschoven in de richting van de biochemie. Hij werd op 13 september 1941 werkend lid en bestuurder in 1952.  <br/>
 
Aan de [[Académie royale des sciences des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique - Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten|KVAB]] was hij eveneens lid van de Commissie voor de [[J. Gillisprijs]]. <ref> ''Jaarboek 1983'', Brussel: KVAB, p. 44.</ref>  Daarnaast was hij ook lid van de [[Bestendige commissie voor de geschiedenis van de wetenschappen]]. <ref>''Jaarboek 1983'', Brussel: KVAB, p. 278.</ref> Door gezondheidsproblemen was hij de laatste jaren niet langer in staat om de vergaderingen aan de [[Académie royale des sciences des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique - Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten|KVAB]] bij te wonen.<ref> ''Jaarboek 1983'', Brussel: KVAB, p. 86.</ref> Hij was lid van verschillende buitenlandse wetenschappelijke genootschappen en instellingen zoals de American Chemical Society, de Faraday Society en de Société de chimie biologique.<br/>  
 
Aan de [[Académie royale des sciences des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique - Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten|KVAB]] was hij eveneens lid van de Commissie voor de [[J. Gillisprijs]]. <ref> ''Jaarboek 1983'', Brussel: KVAB, p. 44.</ref>  Daarnaast was hij ook lid van de [[Bestendige commissie voor de geschiedenis van de wetenschappen]]. <ref>''Jaarboek 1983'', Brussel: KVAB, p. 278.</ref> Door gezondheidsproblemen was hij de laatste jaren niet langer in staat om de vergaderingen aan de [[Académie royale des sciences des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique - Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten|KVAB]] bij te wonen.<ref> ''Jaarboek 1983'', Brussel: KVAB, p. 86.</ref> Hij was lid van verschillende buitenlandse wetenschappelijke genootschappen en instellingen zoals de American Chemical Society, de Faraday Society en de Société de chimie biologique.<br/>  
 
Hij overleed op 20 maart 1983 te Leuven.
 
Hij overleed op 20 maart 1983 te Leuven.

Revision as of 13:32, 17 July 2010

Scheikundige en apotheker, geboren te Tienen op 18 oktober 1897 en overleden te Leuven op 20 maart 1983.

Biografie

Paul Putzeys werd geboren op 18 oktober 1897 in Tienen. Hij deed zijn middelbare studies aan het Onze-Lieve-Vrouw-College van Tienen. Omdat tijdens de Eerste Wereldoorlog de Universiteit van Leuven gesloten was, studeerde hij scheikunde aan de plaatselijke nijverheidsschool. Na de oorlog studeerde hij farmaceutische wetenschappen aan de Leuvense Universiteit. Vervolgens begon hij onder leiding van Pierre Bruylants aan zijn doctoraat over de atoommassa van seleen. Na het behalen van de titel doctor in de wetenschappen, vertrok hij naar Harvard, als C.R.B-fellow. [1] Hier werkte hij onder T.W. Richards, laureaat van de Nobelprijs in 1914.
Bij zijn terugkeer naar België werd Putzeys in 1925 benoemd tot docent aan de KUL. Hij onderwees analytische chemie in de beide taalstelsels aan het Farmaceutisch Instituut. Vanaf 1927, bij zijn benoeming tot hoogleraar, gaf hij eveneens physiologische chemie in het Nederlands aan de beide kandidaturen geneeskunde. In 1932 doceerde hij in beide taalstelsels medische chemie aan het Farmaceutisch Instituut.
In 1936 was hij na het overlijden van Louis Michiels enkele maanden ad-interim titularis van de leerstoel Analytische Chemie aan de faculteit Wetenschappen. In 1947 werd hij door de faculteit belast met het creëren van een vakgroep biochemie en een laboratorium. Hier vormde hij studenten uit de faculteiten geneeskunde en wetenschappen.
Omwille van de oprichting van de vakgroep biochemie stopte hij met het doceren van de cursus analytische chemie en werd hij titularis van de cursussen biochemie in beide taalstelsels.[2] In 1951 was hij medestichter van de Belgische Vereniging voor biochemie en moleculaire biologie.
Hij werd toegelaten tot het emeritaat in 1968.
Putzeys was stichtend lid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Geneeskunde maar koos in 1941 ervoor om over te stappen naar de Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten, aangezien zijn interesse was verschoven in de richting van de biochemie. Hij werd op 13 september 1941 werkend lid en bestuurder in 1952.
Aan de KVAB was hij eveneens lid van de Commissie voor de J. Gillisprijs. [3] Daarnaast was hij ook lid van de Bestendige commissie voor de geschiedenis van de wetenschappen. [4] Door gezondheidsproblemen was hij de laatste jaren niet langer in staat om de vergaderingen aan de KVAB bij te wonen.[5] Hij was lid van verschillende buitenlandse wetenschappelijke genootschappen en instellingen zoals de American Chemical Society, de Faraday Society en de Société de chimie biologique.
Hij overleed op 20 maart 1983 te Leuven.

Werken

In de jaren '30 ondernam hij twee korte studieverblijven naar buitenlandse laboratoria, het Carlsberg laboratorium in Kopenhagen en het Scheikundig Instituut in Uppsula in Zweden, waar hij kan werken bij de toekomstige Nobelprijswinnaar The Svedberg. Deze bezoeken hadden een grote impact op zijn research. Hij verliet immers het studiegebied van de anorganische chemie en wijdde zich vanaf dan aan de chemie van de proteïnen.[6]
Putzeys deed belangrijk onderzoek over de fotometrie in de bepaling van van het moleculaire massa van proteïnen. Ook maakte hij gebruik van de nieuwe elektroforesemethode van Tiselius, waarbij de migratiesnelheid van de proteïnen in een uniform elektrisch veld worden gemeten. [7]
Op grond van zijn navorsingswerk werden hem de G.Bruylantsprijs en de Jan Stasprijs toegekend. [8]


Publicaties

  • (met Louis Bouckaert), "The ionization of proteins 1", Standaard, Antwerpen, 1942, 28 p. In: Verhandelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België: Klasse der Wetenschappen, vol. 4: 3.
  • (met G. Smets), "Leopold Ruzicka", In: Jaarboek van de Koninklijke Academie van België, 39, 1977, p. 380-386.
  • (met J. Brosteaux), "The Scattering of Light in Protein Solutions", In: Transactions of the Faraday Society, 31, 1935, kol 1314.
  • (met Theodore W. Richards), "The atomic weight of lead from the Belgian Congo", 1923, pp 2954–2958
  • (met P. Van de Walle), "The influence of electrolytes on the electrophoretic mobility of serum albumin and hoemocyanin", In: Trans. Faraday Soc., 1940, 32-38.
  • (met L. Mahieu), "Heat-Coagulation of Edestin", In: Nature 194, 1962, 773-774
  • (met M. Putzey), Phénomènes ďagrégation dans les solutions ďhémoglobine


Bibliografie


Nota’s

  1. L. Bouckaert, "In Memoriam Paul Putzeys", In: Jaarboek 1983, Brussel: KVAB, p. 216-219.
  2. Gisèle Préaux en René Lontie, "Professeur Paul Putzeys. Biochimiste des protéines 1897-1983)", 9 blz., geconsulteerd op 18/05/2010 om 11u.30.
  3. Jaarboek 1983, Brussel: KVAB, p. 44.
  4. Jaarboek 1983, Brussel: KVAB, p. 278.
  5. Jaarboek 1983, Brussel: KVAB, p. 86.
  6. Gisèle Préaux en René Lontie, "Professeur Paul Putzeys. Biochimiste des protéines 1897-1983)", 9 blz., geconsulteerd op 18/05/2010 om 11u.30.
  7. L. Bouckaert, "In Memoriam Paul Putzeys", In: Jaarboek 1983, Brussel: KVAB, p. 216-219.
  8. Jaarboek 1983, Brussel: KVAB, p. 174.