Société Van Mons

From Bestor_NL
Revision as of 14:04, 3 June 2013 by Bestor (talk | contribs) (Organisatie)
Jump to: navigation, search

Historiek

Na zijn overlijden in 1842 werd Jean-Baptiste van Mons’ beroemde kwekerij te koop gesteld. Het was de agronoom en bloemen- en vruchtenkweker Alexandre Bivort die in 1844 eigenaar van deze kostbare collectie fruitbomen werd. Aanvankelijk behield Bivort de tuinen van Van Mons in Leuven, maar later verplaatste hij de twintigduizend zaailingen naar zijn kwekerij in het Brabantse Sint-Remigius-Geest. In 1853 echter moest Bivort zijn collectie opgeven. De kwekerij van Van Mons werd opnieuw met vernietiging bedreigd tot Auguste Royer, voorzitter van de Commission royale de Pomologie richtte een oproep tot alle pomologen van het land om dit patrimonium te redden. Op 1 januari 1854 werd de Société Van Mons opgericht, onder koninklijke bescherming van Leopold I en met de steun van de regering.


De doelstellingen van de nieuwe vereniging werden vastgelegd in statuten. Ze stipuleerden vooreerst dat de zaailingen die door Van Mons waren veredeld moesten worden bewaard en verder verbeterd, dat een zo groot mogelijk aantal fruitsoorten geteeld in België en in het buitenland moesten worden verzameld op één plaats, waar zij zouden moeten worden bestudeerd en ten slotte dat de beste variëteiten moesten worden verspreid door het gratis uitdelen van enten aan leden van de Société. Om aan de onderzoeksdoeleinden tegemoet te komen, werd ook een proeftuin ingericht.


De werkzaamheden voor het opnemen van het patrimonium van de kwekerij van Sint-Remigius-Geest namen een start in november 1853 onder de hoede van de hoofdtuinman en onder leiding van de voorzitter en de directeur-zaakvoerder van de nieuwe vereniging. Door het groot aantal bomen dat diende te worden geplant, moest de vereniging het terrein uitbreiden tot zo’n twee hectaren en twaalf aren. In totaal werden zo’n 6.300 bomen verplaatst. Dankzij de werkzaamheden die de Société uitvoerde tussen 1853 en 1860 kon de Commission royale de Pomologie haar Annales de pomologie belge et étrangère publiceren, waarin de verschillende variëteiten van de kwekerij van Sint-Remigius-Geest werden opgelijst en beschreven.


In 1869, twee jaar na het overlijden van Auguste Royer, werd de Société ontbonden. Het beoogde succes was uitgebleven en daardoor moest een deel van de bomen worden verkocht. Een ander deel werd vernietigd. [1]


Stichtende leden

Bij haar oprichting op 1 januari 1854, telde de Société Van Mons 151 leden . Onder de stichtende leden bevonden zich:

De volledige lijst van de leden-oprichters is beschikbaar op Statuts réglementaires pour la Société Van Mons, suivis de la liste des membres fondateurs et du catalogue des fruits cultivés dans le jardin de la Société .


Organisatie


De administratie van de Société werd toevertrouwd aan de Commission royale de Pomologie, die door de Belgische staat in het leven was geroepen. De Commission werd permanent vertegenwoordigd door een directeur-zaakvoerder van haar keuze. De eerste op die post benoemd was Alexandre Bivort, die het werk van Van Mons voortzette en die de auteur was van l'Album de Pomologie. Hij werd bijgestaan door een hoofdtuinman die diende te worden gekozen uit de afgestudeerden van de openbare tuinbouwscholen. Het ging om Richard Bamps, een afgestudeerde van het Rijkstuinbouwschool van Vilvoorde. Het ledenaantal van de Société was onbeperkt en zowel Belgen als buitenlanders konden van de Société deel uitmaken. Het lidmaatschap gold voor één jaar, maar liep gewoon door zolang geen geschreven ontslagbrief gericht aan de secretaris-archivaris van de vereniging hieraan een einde maakte. De leden ingeschreven vóór 1 januari 1854, datum van de definitieve oprichtingsakte van de Société Van Mons, werden beschouwd als stichtende leden. Als erkenning voor hun steun aan dit nationale werk werden de nieuwe, nog niet bestaande fruitvariëteiten afkomstig van de zaailingen van Van Mons, naar hen vernoemd, voor zover dit door de commissie aanvaard werd.[4]


Zetel

De planten werden gekweekt in de tuinen van de Sint-Remigius-Geest, een klein Waals dorpje op 4 kilometer van Jodoigne. De zetel van de Commission royale de Pomologie die de Société bestuurde, bevond zich in Brussel.


Publicaties

KBR :II 97.940 A Vol. I, nr. 12 (Magazijn - Algemene leeszaal)


Bibliografie

KBR
KBR


Noten

  1. http://www.bibliorare.com/pdf/cat-vent_godts15-06-10-cat.pdf
  2. Joseph Bayet, "Nécrologie Alexandre Bivort" in: Documents & rapports de la Société paléontologique et archéologique de l 'arrondissement judiciaire de Charleroi, 4 (1878), 455-456 en Émile Rodigas (1831-1902), "A la mémoire d'Alexandre Bivort" in: Bulletin de la Fédération des Sociétés d'Horticulture de Belgique 1871, 123-127.
  3. Auguste Royer, "Notice Nécrologique sur Laurent de Bavay", in: Annales de pomologie belge, 28 (1855), 105-107.
  4. Uittreksels van de statuten: zie publicaties