Koninklijk Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap
1951- | Koninklijk Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap |
1926-1951 | Société scientifique et littéraire du Limbourg = Limburgsch geschied- en oudheidkundig genootschap |
1852-1926 | Société scientifique et littéraire du Limbourg |
Contents
Historiek
Op 22 december 1851 stichtte een aantal Tongeraars met een passie voor archeologie en geschiedenis de Société scientifique et littéraire du Limbourg. Met dit initiatief wilde men voorkomen dat historische voorwerpen en documenten met betrekking tot de stad Tongeren, de provincie Limburg en het oude prinsdom Luik – zoals graftombes, sculpturen, schilderijen, tekeningen, medailles, kaarten, manuscripten, gereedschap, wapens, meubels en boeken – verloren zouden gaan. Doel was ze samen te brengen in een provinciaal museum of een bibliotheek. Met steun van het lokale bestuur vatte ze archeologische opgravingen aan. De opgegraven stukken werden vanaf 1854 aan het publiek tentoongesteld in een zaal van het stadhuis bevond. Tot het einde van de twintigste eeuw verwierf de Société ook geregeld nieuwe collecties, dikwijls van particulieren die zelf opgravingen hadden verricht. In 1897 organiseerde de organisatie een tentoonstelling over oude kunst in de zalen van het stadhuis, die door 1.200 bezoekers werd bezichtigd. In 1869 stelde het gemeentebestuur de recent vernieuwde Moerepoort toren ter beschikking van de vereniging, om er haar archeologisch museum in onder te brengen.Op 13 juni 1906 verhuisde de vereniging haar collecties opnieuw naar een vleugel van het stadhuis. Dit nieuwe museum bestond uit twee zalen: één voor de bibliotheek en ander voor de archeologische collectie. In 1928 werden de collecties opnieuw geherlocaliseerd, dit maal kregen ze onderdak in het Musée de la Ville, in de rue des Dominicains.[1]
De vereniging publiceerde vanaf 1852 een Bulletin de la Société scientifique et littéraire du Limbourg. In 1926 werd de vereniging tweetalig en werd de Nederlandstalige benaming "Limburgsch geschied- en oudheidkundig genootschap" aangewend. Het jaarboek werd voortaan in de twee talen gepubliceerd en de Nederlandse titel werd Jaarboek van 't Limburgsch Geschied- en Oudheidkundig Genootschap. Op 10 april 1951 verleende de kroonprins het genootschap de titel van Société royale (Koninklijk Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap). Het was evenwel pas in 1994 dat de vereniging haar naam in haar statuten officieel wijzigde.
In 1948 werd aangevangen met de oprichting van een provinciaal gallo-romeins museum in een lokaal gesitueerd in de Allée Verte. Dit museum breidde zich uiteindelijk uit tot aan de Kielenstraat. Het werd in 1954 voor het publiek geopend. Dit museum bestaat nog steeds, maar wordt niet meer door de vereniging beheerd. [2]
Tegenwoordig organiseert het "Koninklijk Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap" een groot aantal activiteiten met als doel het historisch en archeologisch patrimonium van Tongeren te laten ontdekken. Sedert 1987 geeft ze de Tongerse Annalen uit. De eigendommen van de genootschap worden in de archieven van de stad Tongeren bewaard.
Stichtende leden
- M. Joseph Jaminé, advocaat in Tongeren, eerste voorzitter van de vereniging
- M. Frans Driesen, journalist te Tongeren, eerste secretaris-penningmeester
- M. Antoine Perreau (1807-1868), historicus en bankagent bij de nationale bank van Tongeren, eerste conservator van de collectie.
- Willem van der Meer, numismaticus
- Jean-Léonard Reinartz (1806-1871), decaan en archeoloog.
- Jules Pety de Thozée, kunstkenner
- Constant Claes
- Bertin-Ferdinand Angenot, directeur van het stadscollege
- Frans Bailly, apotheker
- Peter Denis, ontvanger van de registratie
- N.Guioth, hoofdingenieur van bruggen en wegen
- Victor Laminne, apotheker
- Louis Rubens, vicaris
- Peter Vrindt, notaris en gemeentesecretaris
De ledenlijst van het bestuur tot 1950 is beschikbaar in Limburgs Haspengouw. Bundel studiën uitgegeven bij gelegenheid van de 100e verjaring der stichting van het Koninklijk Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap te Tongeren de ULRIX Florent, 1950, 39-40.
Organisatie
In 1852 bestond het bestuur (directiecomité) van de Société uit een voorzitter, een secretaris-penningmeester en een conservator benoemd voor één jaar en gekozen onder de effectieve leden. De vereniging bestond uit effectieve leden, corresponderende leden en ereleden. De effectieve leden moesten in de provincie wonen. De corresponderende leden werden gekozen uit de provincie of uit het buitenland. De toetreding van een nieuw lid gebeurde op voordracht van twee effectieve leden.
Het lidgeld bedroeg tien frank per jaar.
De vergaderingen hadden éénmaal om de twee maanden plaats, op de eerste maandag.
In 1852 telde de vereniging negentien effectieve leden waarvan er drie lid waren van het bestuur (comité), 3 ere-leden en zestien corresponderende leden.
Op 22 mei 1862 werd een vierde categorie in het leven geroepen, dat van de beschermleden.
Op 25 november 1869 werden nieuwe statuten goedgekeurd en de administratie van de vereniging toevertrouwd aan een directiecomité bestaande uit negen titularissen die om de twee jaar verkozen werden uit de effectieve leden van de algemene vergadering. Het comité benoemde ieder jaar een voorzitter, een secretaris-penningmeester, een conservator en een bibliothecaris.
De algemene vergadering heeft éénmaal per jaar in de meimaand plaats.
De lidgeld werd aangepast en bedroeg nu zes frank per jaar.
Op 19 maart 1870 werd het huishoudelijk reglement eveneens herzien. [3]
De vereniging werd omgevormd tot een vzw op 15 juni 1924. [4]
In 1869 telde de vereniging zestig effectieve leden waarvan er negen lid waren van het comité, elf ereleden en twaalf corresponderende leden. [5]
De huidige statuten zijn beschikbaar op website van het Belgisch Staatsblad.
Zetel
De zetel van de vereniging bevindt zich in Tongeren. In 1851 werden de algemene vergaderingen gehouden in de rechtszaal van het vredegerecht in het stadhuis. In 1854 verkreeg de vereniging een zaal voor haar collecties op de tweede verdieping van het stadhuis. De vergaderingen werden onregelmatig gehouden.
De huidige zetel van de vereniging bevindt zich in het archiefcentrum van de stad Tongeren, Maastrichterstraat 10, waar eveneens het patrimonium bewaard wordt.
Publicaties
- Bulletin de la Société scientifique et littéraire du Limbourg,1852-1924, deel I, fasc. 1- deel XXXIX, fasc. 2.
KBR: 259 R (Magazijn – Algemene Leeszaal)
- Bulletin de la Société scientifique et littéraire du Limbourg = Jaarboek van 't Limburgsch Geschied- en Oudheidkundig Genootschap, 1926-1936, deel XL - L
KBR: 259 R (Magazijn – Algemene Leeszaal)
- MOERMANS, Willy, 100 jaar kroning Tongeren, 1890-1990.
- BAERTEN, Jean, De Guldensporenslag: geen mythe, 2001. (Uittreksel uit : Tongerse annalen - jubileumnummer, 15 (2001), nr. 4, 62-80.
KBR: FS LXXII 1.444 B (Fonds Evrard Raskin) (Magazijn – Algemene Leeszaal)
- De Tongerse Annalen, 1987- , tome I-
- Kroniek van Tongeren: 2000 jaar feiten en gebeurtenissen uit het dagelijkse leven , 1983.
- MOERMANS, Willy, SEVERIJNS, Piet en HELSEN, Josef, 2000 JAAR Tongeren: 15 voor Christus tot 1985, 1988.
- Gallo-Romeinse vondsten in privé bezit, 1991. ( tentoonstelling met uitgave van brochure)
- Het Sint-Catharinabegijnhof van Tongeren (extranummer 2/2001) van de Federatie van Geschied- en Oudheidkundige Kringen van Limburg, 2001.
Bibliografie
- ULRIX, Florent, Limburgs Haspengouw. Bundel studiën uitgegeven bij gelegenheid van de 100e verjaring der stichting van het Koninklijk Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap te Tongeren, 1950.
KBR : B 10.279 1 (Magazijn – Algemene Leeszaal)
- BAILLIEN, Henry, Systematische inhoudstafel op het bulletin de la société scientifique et littéraire, 1967.
KBR: B 20/58 (Magazijn – Algemene Leeszaal)
- Biographie nationale, vol.17, 43-44.
- Biographie nationale, vol.18, 923-924.
Externe linken
Noten
<references>- ↑ Zie page de garde du Bulletin de la Société scientifique et littéraire du Limbourg / Jaarboek van 't Limburgsch Geschied- en Oudheidkundig Genootschap, 1928, deel XLII.
- ↑ Zie de website van het Musée Gallo-romain de Tongres
- ↑ Zie de nieuwe statuten en het nieuwe reglement in Bulletin de la Société scientifique et littéraire du Limbourg, d.10, 5-13.
- ↑ De nieuwe statuten zijn te vinden in Bulletin de la Société scientifique et littéraire du Limbourg = Jaarboek van 't Limburgsch Geschied- en Oudheidkundig Genootschap, 1926, d. XL.
- ↑ Zie ledenlijst en lijst van de leden van het comité in Bulletin de la Société scientifique et littéraire du Limbourg,1869-1870, d. 10, 17.