Manneback, Charles Lambert Marie Joseph (1894-1975)
Natuurkundige en ingenieur, geboren te Etterbeek op 9 maart 1894 en overleden in dezelfde gemeente op 15 december 1975.
Biografie
Charles Manneback werd geboren te Etterbeek op 9 maart 1894. Hij startte in 1911 aan de opleiding voor burgerlijk mijningenieur aan de Universiteit van Leuven. De Eerste Wereldoorlog onderbrak echter zijn opleiding. Hij nam dienst als vrijwilliger en was verantwoordelijk voor het scherpstellen van de optische apparatuur (vb. Telemetrie) van het Belgische leger. Na de oorlog hernam hij zijn studies.
In 1920 behaalde hij aan de Universiteit van Leuven het diploma van mijningenieur. Nadien verbleef hij één jaar aan het MIT in Cambridge, Massachussetts. Hier promoveerde hij tot PhD in de electrical engineering.
In 1922 werd hij benoemd tot docent. In 1924 werd hij benoemd tot professor aan de UCL. Hij doceerde aan de ingenieurs de theorie van de telegrafie, de telefonie en de radio-electriciteit en speciale theorieën rond electriciteit. Aan de natuurkundigen en de ingenieurs gaf hij les in de wiskundige natuurkunde.[1]
Van 1925 tot 1927 verbleef hij aan het Polytechnicum in Zürich bij Peter Debye (1884-1966). Nadien trok hij dankzij een Rockefellerbeurs naar Leipzig waar hij Werner Heisenberg (1901-1976) ontmoette. In 1931 ging hij naar Kopenhagen bij Niels Bohr (1885-1962) en van 1935 tot 1936 werkte hij bij Enrico Fermi (1901-1954) in Rome.[2]
Hij onderhield ook nauwe contacten met Georges Lemaître.
In 1946 ging hij naar Harvard om daar kennis te maken met de ontwikkeling van de eerste computers. In 1951 was hij in Harvard voorzitter van het Comité pour la Promotion et l’Etude des Machines Mathématiques Electroniques.
Hij was ook als consultant betrokken bij de opbouw en het testen van een Belgische wetenschappelijke computer. Dit project werd in 1956 afgerond.
In 1957 keerde hij terug naar Harvard om op de hoogte te blijven van de recente ontwikkelingen op het gebied van de deeltjesfysica.
In 1964 werd hij toegelaten tot het emeritaat.
In 1945 werd hij verkozen tot corresponderend lid van de Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique , lid in 1950, eeuwig secretaris in 1961 en erelid vanaf 1969.
Hij was vanaf 1929 secretaris van de Société belge de Physique. Hij was ook secretaris van de Sectie Natuurkunde aan de Société Scientifique de Bruxelles. Hij was lid van de Academie van Lyon, van de Real Academie de Ciencias de Madrid en erelid van de Consejo Superior de Investigaciones Cientificas van Madrid. Hij werd in 1969 ere-voorzitter van de Union radioscientifique internationale.
Hij was gastdocent aan verschillende universiteiten : Cambridge (1934), Nancy (1937), Southampton (1938), Londen (1938), Montpellier, Lyon, Ohio State University, .....
Hij ontving een eredoctoraat van de Universiteit van Montpellier. In 1939 won hij de Tienjaarlijkse Prijs voor Natuurkunde. Hij was grootofficier in de Leopoldsorde en in de Kroonorde. Hij was officier in de Legion d’Honneur.
Hij overleed te Etterbeek op 15 december 1975.[3]
Werken
Hij nam een voorname plaats in in het onderzoek en het onderwijs van de wiskundige natuurkunde, met als favoriete terreinen de voortplanting van radiogolven en de theorie van de vibratie- en rotatiespectra van moleculen.[4]
Hij was gespecialiseerd in de spectrografie van di– en poly-atomaire moleculen.[5]
In zijn thesis besprak hij de voortplanting van radiogolven en de straling afkomstig van hoogspanningskabels. Hij analyseerde ook het skineffect.
Hij publiceerde in samenwerking met Debye een werk over de kwantummechanica. In zijn analyse maakte hij gebruik van de Schrödingervergelijking. Charles Manneback berekende hiermee het energieniveau en de momenten van het ideale type van molecule.[6]
In 1927 publiceerde hij een werk over het lineaire Stark-effect op meeratomige moleculen met twee gelijke momenten van inertie.
In 1930 schreef hij een werk waarbij hij de kwantummechanica invoegde in de theorie van het Raman-effect.[7]
Vanaf 1930 tot 1938 hield hij zich bezig met de analyse van de voortplanting van korte radiogolven in de atmosfeer. Charles Manneback benadrukte het belang van de optische geometrie om deze fenomenen te analyseren.
Vanaf 1934 interesseerde hij zich in het probleem van de vibratiemoleculen, waarbij hij de symmetrische coördinaten introduceerde. In 1935 ontwikkelde hij de kwantumtheorie van de dispersie van polaire gassen tussen het domein Hertzien en het zichtbare. Hij zal deze theorie in de loop van de jaren verder ontwikkelen en analyseren. [8]
Louis Bouckaert was een leerling van Charles Manneback.
Publicaties
- Lijst met publicaties In: Marc, De Hemptinne & Maurice A., Biot, "Notice sur Charles Manneback", In: Annuaire ARB, 1978, p. 19-28.
Bibliografie
- Marc, De Hemptinne & Maurice A., Biot, "Notice sur Charles Manneback", In: Annuaire ARB, 1978, p. 1-28.
- Maurice A., Biot, "Charles Manneback 1894-1975", In:Florilège des Sciences en Belgique, vol. 2, Académie Royale de Belgique, Classe des Sciences, 1980, p.371-377.
- P. Radelet, “Charles Manneback,” Revue des Questions Scientifiques, 161, 1990, pp. 289-308
Nota’s
- ↑ Maurice A., Biot, "Charles Manneback 1894-1975", In:Florilège des Sciences en Belgique, vol. 2, Académie Royale de Belgique, Classe des Sciences, 1980, p.371-377.
- ↑ Geert, Vanpaemel, De natuurkunde, in: Robert Halleux, Geert Vanpaemel, Jan Vandersmissen en Andrée Despy-Meyer (red.), Geschiedenis van de wetenschappen in België 1815-2000, Brussel: Dexia/La Renaissance du livre, 2001, vol. 1, p.142.
- ↑ Maurice A., Biot,"Charles Manneback 1894-1975", In:Florilège des Sciences en Belgique, vol. 2, Académie Royale de Belgique, Classe des Sciences,1980, p.371-377.
- ↑ Pierre, Marage, "De kernfysica en de deeltjesfyscia", In:Geschiedenis van de wetenschappen in België, 1815-2000 onder leiding van Robert Halleux, vol 2, Brussel, Dexia/La Renaissance du Livre, 2001, p.86.
- ↑ Geert, Vanpaemel, De natuurkunde, in: Robert Halleux, Geert Vanpaemel, Jan Vandersmissen en Andrée Despy-Meyer (red.), Geschiedenis van de wetenschappen in België 1815-2000, Brussel: Dexia/La Renaissance du livre, 2001, vol. 1, p.142.
- ↑ Maurice A., Biot, "Charles Manneback 1894-1975", In:Florilège des Sciences en Belgique, vol. 2, Académie Royale de Belgique, Classe des Sciences, 1980, p.371-377.
- ↑ Marc, De Hemptinne & Maurice A., Biot,"Notice sur Charles Manneback", In: Annuaire ARB, 1978, p. 1-28.
- ↑ Maurice A., Biot, "Charles Manneback 1894-1975", In:Florilège des Sciences en Belgique, vol. 2, Académie Royale de Belgique, Classe des Sciences, 1980, p.371-377.