Dumon, Amaat (1895-1978)
Landbouwkundig ingenieur geboren in 1895 te Oedelem en overleden op 1 maart 1978 in Heverlee.
Biografie
Dumon werd op 29 april 1895 geboren in Oedelem in West-Vlaanderen. Hij studeerde aan het St.Leo College in Brugge. [1] Nadien ging hij naar de Rijksmiddelbare Normaalschool in Gent waar hij in 1918 geaggregeerd leraar in de Letteren werd. Bij de heropening van de Leuvense Universiteit na de Eerste Wereldoorlog, startte hij aan de opleiding landbouwkundig ingenieur. Het diploma behaalde hij in 1922 en hij ging onmiddellijk aan de slag als assistent van prof. L. Frateur aan het Zoötechnisch Instituut voor Huisdierkunde. Hij bleef hier tot in 1924. Nadien werkte hij een aantal maanden aan het Kaiser Wilhelm Instituut (Berlijn).
Bij zijn terugkeer trad hij in dienst van de Belgische Boerenbond, waar hij medeverantwoordelijk was voor diverse publicaties.
Op zijn aandringen werd er door de Boerenbond beslist om in Heverlee een Veredelingsstation voor granen en gewassen op te richten. Dumon organiseerde dit proefstation en werd in 1926 benoemd tot directeur. Het gevolg van de uitgevoerde studies aan dit proefstation was de oprichting van een Keurcommissie voor Plantaardappelen in 1933, waarbij Dumon werd benoemd tot afgevaardigde voor Laag-België. In 1940 kwam daar de Algemene Keuringsdienst voor Aardappelen bij, de bekrachtiging hiervan gebeurde echter pas in 1945. [2] Het Veredelingsstation werd in 1930, na zijn leeropdracht omgedoopt tot Laboratorium voor Toegepaste Genetica.[3]
Zijn academische loopbaan startte in 1929 met zijn benoeming tot docent aan het Landbouwinstituut aan de Universiteit van Leuven. In 1936 werd hij gewoon hoogleraar en doceerde zowel in het nederlands als het frans genetica, plantenveredeling, fytotechniek en statistiek. Hij werd bij de splitsing van de KUL en UCL aangesteld als eerste voorzitter van het nederlandstalig Landbouwinstituut.
Hij werd toegelaten tot het emeritaat in 1965. [4]
Hij was één van de stichtende leden van de Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten. In 1946 en in 1973 was hij bestuurder.[5]
Daarnaast werd hij in 1959 gecoöpteerd lid van de Kultuurraad voor Vlaanderen. Sinds 1958 was hij lid van de Hoge Raad voor Wetenschappelijk Onderzoek in de Landbouw. Van bij de oprichting in 1956 tot 1976 was hij lid van het Onderzoek- en Voorlichtingscentrum voor Land- en Tuinbouw van de provincie West-Vlaanderen. In 1947 was hij mede-oprichter van het Landbouwkundig Genootschap aan de Koninklijke Vlaamse Ingenieursvereniging en was hiervan bestuurslid tot aan zijn dood. [6]
Ook zetelde hij in verschillende commissie: onder mee in de Commissie voor Onderzoek en inschrijving van rassen, in de Nationale Commissie voor de herziening van het universitair landbouwkundig onderwijs, in de Coördinatiecommissie voor het wetenschappelijk onderzoek op landbouwgebied en in de Hoge Raad voor het wetenschappelijk onderzoek in de landbouw.
Hij ontving voor zijn onderzoek ook verschillende onderscheidingen: in 1945 de Jozef Schepkensprijs en in 1958 ontving hij een eredoctoraat van de Landbouwhogeschool te Wageningen. In 1963 werd hij officier in de Leopoldsorde en in 1965 commandeur in de orde van Sint-Sylvester. [7]
Dumon ijverde daarnaast ook voor de vervlaamsing van het universitaire onderwijs. Onder invloed van een leraar aan het College werd hij flamingant.
Hij werd dan ook lid van de studentenbond De Breydelzonen en aan de Rijksmiddelbare Normaalschool onderhield hij nauwe contacten met de Vlaams-Nationalistisch ingestelde studenten. Hier promoveerde hij met een verhandeling over Slag der Guldensporen. In het conflict tussen de studenten en de academische overheid speelden ook enkele landbouwstudenten zoals Dumon een vooraanstaande rol. Tijdens zijn studies was hij actief in de Vlaamse Landbouwkundige kring. [8] Ook was hij eerst medewerker en nadien hoofdredacteur van het studentenblad Ons leven. Hoofdredacteur was hij van 1922 tot 1924.Cite error: Closing </ref>
missing for <ref>
tag
Hij overleed in Heverlee op 1 maart 1978.
Werken
Tijdens zijn periode als assistent van Frateur deed hij aan genetisch onderzoek. Hij bestudeerde de pelskleur van konijnen en kwam hier voor het eerst in aanraking met de selectie van kippen. Hier kwam hij al tot de conclusie dat streng doorgevoerde genealogische selctie leidt tot inteeltschade.[9]
Aan het Veredelingsstation voor granen en gewassen verrichtte hij onderzoek naar fokproblemen bij kippen en over de verspreiding van ontaardingsziekten bij aardappelen. Er werd ook gewerkt aan het kweken van nieuwe rassen winter- (vb. Alba, Leda, ..) en zomertarwe die een betere weerstand boden aan ziekten en een grotere opbrengst genereerden. Hij ontwikkelde ook de korte Vlaamse rogge en celestijnrogge voor de boeren waarvan de grond minder geschikt was voor tarwe. Daarnaast werkte hij aan de verbetering van haver, kropsla en suikerbieten. Zijn grootste onderzoeksveld was echter het verbeteren van de productiviteit van het hoenderras door de kruising van bastaardrassen. [10]
Publicaties
- Libis catalogus geconsulteerd op 01/07/2010 om 16u.
Bibliografie
- A., Carlier, "In memoriam Amaat Dumon", In: Jaarboek 1978, Brussel: KVAB, p. 369-371.
- A. Van Hoof, "Dumon Amaat Gustaaf", In:Nationaal Biografisch Woordenboek, vol. 11, Brussel : Paleis der Academiën, 1985, kol. 196-202.
- "Dumon Amaat", In: De Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten en haar leden, Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten, 2010, p.83.
- Leuven, Archief Amaat Dumon
- Ontstaan “Ons Leven” geconsulteerd op 01/07/2010 om 16u40
- B., Woestenborghs, In het spoor van Demeter: Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen K.U. Leuven, p. 76.
Nota’s
- ↑ A., Carlier, "In memoriam Amaat Dumon", In: Jaarboek 1978, Brussel: KVAB, p. 369.
- ↑ A. Van Hoof, "Dumon Amaat Gustaaf", In: Nationaal Biografisch Woordenboek, vol. 11, Brussel : Paleis der Academiën, 1985, kol. 197.
- ↑ WebsiteAssistenten van Prof. Frateur aan het Istituut voor Huisdierkunde geconsulteerd op 01/07/201 om 15u.
- ↑ A., Carlier, "In memoriam Amaat Dumon", In: Jaarboek 1978, Brussel: KVAB, p. 370.
- ↑ "Dumon Amaat", In: De Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten en haar leden, Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten, 2010, p.83.
- ↑ A., Carlier, "In memoriam Amaat Dumon", In: Jaarboek 1978, Brussel: KVAB, p. 371.
- ↑ A. Van Hoof, "Dumon Amaat Gustaaf", In: Nationaal Biografisch Woordenboek, vol. 11, Brussel : Paleis der Academiën, 1985, kol. 198-199.
- ↑ B., Woestenborghs, In het spoor van Demeter: Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen K.U. Leuven, p. 76. geconsulteerd op 02/07/2010 om 9u30.
- ↑ A., Carlier, "In memoriam Amaat Dumon" In: Jaarboek 1978, Brussel: KVAB, p. 369.
- ↑ A. Van Hoof, "Dumon Amaat Gustaaf", In: Nationaal Biografisch Woordenboek, vol. 11, Brussel : Paleis der Academiën, 1985, kol. 197-198.