Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis - Griekenland, Rome en de Etrusken
Collectie die deel uitmaakt van de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis.
Contents
[hide]Historiek
Bij het opstellen van de museumcatalogus van 1854, A.-G.-B Schayes werden onder de rubrieken Griekse en Etruskische vazen en Griekse en Romeinse Oudheid niet minder dan 277 stukken geteld. [1] Dit aantal moet weliswaar genuanceerd worden, aangezien het ook een aantal Belgische archeologische vondsten omvat die bijgevolg tot de collectie van Belgique ancienne (Nationale archeologie) behoren. In de catalogus van A.-G.-B Schayes werden de Griekse en Etruskische vazen onder de rubriek Antiquités, objets historiques ou de haute curiosité geklasseerd. De collectie bestond op dat moment uit een aantal vazen die Belgische staat in 1844 van een zekere M. Leroy aangekocht, die deze op zijn beurt in de Durandverkoop in Parijs verworven. Verder telde de collectie enkele Etruskische stukken, afkomstig van de Van Huerne verkoop in Brugge. De eerste directeur van de musea Comte Amédée de Beauffort, schonk bovendien twee stukken uit de Campanien periode. [2]
De jaren 1860 en 1870 waren van groot belang voor de ontwikkeling van de Griekse en Romeinse collecties. In 1861 steeg het aantal antieke stukken van de Griekse en Romeinse collectie aanzienlijk door de schenking van Gustave Hagemans (1830-1908).[3] In 1863 verrijkten nog eens 77 vazen van de collectie van de markies van Capana het musem. [4] Louis Brüls, een Belgische schilder in Rome, had deze stukken gespot en er melding van gemaakt bij zijn collega Jean-François Portaels (1818-1895), die toen lid was van de Commission du Musée. In 1862 slaagde deze laatste erin de Belgische staat te overtuigen – door tussenkomst van de Minister van Binnenlandse Zaken Van den Peereboom - om de stukken aan te kopen.[5]
Het duurde nog een decennium vooraleer een volgende belangrijke partij de Griekse en Romeinse collecties kwam verrijken. [6] De Belgische staat had niet veel belangstelling voor de koninklijke musea en van daaruit kon geen steun worden verwacht. Ze werd evenwel de begunstigde van de erfenis van de collectie van Émile de Meester de Ravenstein, die gedurende 12 jaar Belgisch diplomaat was te Rome. Hij bezat een collectie die hij in zijn kasteel in Mechelen tentoonstelde. [7]
Na de verhuis van de collecties van de Hallepoort naar het Jubelparkmuseum, bood zich een nieuwe mogelijkheid aan bij de verkoop van de collectie Van Branteghem in 1892. Door de beperkte financiële middelen konden slechts zeven vazen worden aangekocht.
De benoemingen van Franz Cumont en Jean De Mot, respectievelijk in 1899 en in 1900, hadden een gunstige invloed op de collecties van de Griekse en Romeinse sectie, zowel vanuit numeriek als vanuit wetenschappelijk standpunt.[8]
De Mot, attaché (1900) en daarna adjunct-conservator (1911) was gepassioneerd door Griekse keramiek. Hij legde zo’n enthousiasme aan de dag om zoveel mogelijk stukken te verzamelen dat conservator Cumont zijn al te grote ijver moest temperen. [9] Door de reizen van De Mot naar het Oosten werden de leemten in de collecties van het Jubelparkmuseum opgevuld, meer bepaald door het verwerven van pre-Helleense keramiek.[10]
Cumont had dan weer door zijn vele reizen een netwerk uitgebouwd, dat hem in staat stelde verschillende stukken te verwerven om de collecties van de Musées royaux du Cinquantenaire aan te vullen. Bij verkopen begunstigde hij de aankoop en als het overheidsgeld niet volstond betaalde hij uit eigen zak. Door zijn invloed kon hij bij de verkoop van de collectie Léon Somzée (1837-1901) in 1901, 1904 en 1907 een deel ervan bemachtigen, waaronder het beeld van Septime Sévère.[11] Onder Cumont en De Mot werden de collecties bovendien, naast aankoop of schenking, ook door middel van ruil met verschillende andere instellingen uitgebreid. Ruilcontacten bestonden onder andere met het British Museum, het Ashmolean Museum en het museum van Firenze.
Op 3 augustus 1905 werden de nieuwe zalen in de linkervleugel met Oosterse, Griekse en Romeinse antiquiteiten plechtig geopend.[12] Het verwerven van stukken vond gedurende de hele twintigste eeuw plaats, onder meer met de Belgische consul in Firenze.[13]
De conservators
Bibliografie
- BALTY, Jean Charles, "Acquisition récentes (1963-1978) de la section des antiquité grecques et romaines. Politique d'achat et muséologie", in: Bulletin des Musées royaux d'Art et d'Histoire, 1980-1981, 52, p. 5-24.
- EVERS, Cécile, "Collectors of Ancient Sculpture in Belgium in the 19th Century: Léon Somzée and Raoul Warocqué", in: Kölner Jahrbuch,, 2007, 40, p. 21-30.
- HAGEMANS, Gustave, Un cabinet d'amateur. Notices archéologiques et description raisonnée de quelques monuments de haute antiquité, Luik en Leipzig, 1863.
- MAYENCE, Fernand et VERHOOGEN, Violette, Corpus vasorum antiquorum. Belgique. Bruxelles: Musées royaux d'Art et d'Histoire, III, Brussel, 1949.
- SARTI, Suzanna, The Campana collection at the Royal Museum of Art and History (Brussels), Brussel: CReA-Patrimoine, 2012.
- SCHAYES, Antoine-Guillaume-Bernard, Catalogue et description du Musée royal d'armures, d'antiquités et d'artillerie, Bruxelles, 1854.
- WARMENBOL, Eugène, "Gustave Hagemans et son cabinet d'amateur", in TSINGARIDA, Athéna & VERBANCK-PIERARD, Annie, L'Antiquité au service de la Modernité ? La réception de l'Antiquité classique en Belgique au XIXe siècle. Actes du colloque international organisé du 27 au 29 avril 2005 à l'Université libre de Bruxelles et au Musée, Brussel, p. 223-258.
Noten
- Jump up ↑ SCHAYES, Antoine-Guillaume-Bernard, Catalogue et description du Musée royal d'armures, d'antiquités et d'artillerie, Bruxelles, 1854.
- Jump up ↑ MAYENCE, Fernand en VERHOOGEN, Violette, Corpus vasorum antiquorum. Belgique. Bruxelles: Musées royaux d'Art et d'Histoire, III, Brussel, 1949.
- Jump up ↑ Hagemans beschref deze stukken in zijn catalogus Un cabinet d'amateur. Notices archéologiques et description raisonnée de quelques monuments de haute antiquité, Luik/ Leipzig, 1863, p. 221-252.
- Jump up ↑ SARTI, Suzanna, The Campana collection at the Royal Museum of Art and History (Brussels), Brussel: CReA-Patrimoine, 2012.
- Jump up ↑ MAYENCE, Fernand et VERHOOGEN, Violette, Corpus vasorum antiquorum. Belgique. Bruxelles: Musées royaux d'Art et d'Histoire, III, Brussel, 1949.
- Jump up ↑ In tussentijd verwierf het museum nog twee Griekse vazen bij de Geelhandverkoop in 1864 en in 1870 werden een tiental Cypriotischevazen uit de Herry collectie aan de verzameling toegevoegd.
- Jump up ↑ Liber Memorialis.
- Jump up ↑ EVERS, Cécile, "Collectors of ancient sculpture in Belgium in the 19th century: Léon Somzée and Raoul Warocqué", in : Kölner Jahrbücher, 2007, 40, p. 26-27.
- Jump up ↑ VERHOOGEN, Violette, "Franz Cumont. Conservateur-délégué honoraire", in: Bulletin des Musées royaux d'Art et d'Histoire, 1947, 4de serie, 19 (1-3), p. 106.
- Jump up ↑ MAYENCE, Fernand et VERHOOGEN, Violette, Corpus vasorum antiquorum. Belgique, Bruxelles: Musées royaux d'Art et d'Histoire, III, Brussel, 1949.
- Jump up ↑ EVERS, Cécile, "Collectors of ancient sculpture in Belgium in the 19th century: Léon Somzée and Raoul Warocqué", in : Kölner Jahrbücher, 2007, 40, p. 27.
- Jump up ↑ "Ouverture des nouvelles salles d'Antiquités orientales, grecques et romaines", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1905, 4 (9), p. 65-67.
- Jump up ↑ MAYENCE, Fernand en VERHOOGEN, Violette, Corpus vasorum antiquorum. Belgique. Bruxelles: Musées royaux d'Art et d'Histoire, III, Brussel, 1949.