Mansion, Paul (1844-1919)

From Bestor_NL
Jump to: navigation, search
Mansion, Paul (1844-1919)

Wiskundige, wetenschapshistoricus en professor aan de Rijksuniversiteit van Gent, geboren te Marchin (Hoei) op 3 juni 1844 en overleden te Gent op 16 april 1919.



Biografie

Paul Mansion werd geboren in Marchin op 3 juni 1844 in een gezin van tien kinderen. Hij volgde middelbaar onderwijs aan het gemeentelijk college van Hoei. Omdat zijn vader al op jonge leeftijd overleed werd Mansion opgevoed door zijn moeder Fernande Devreux en door zijn oudere broers en zussen.[1] Op 15 oktober 1862 werd Mansion toegelaten tot de Normaalschool voor Wetenschappen aan de Universiteit van Gent. Hij behaalde zijn aggregaat in 1865, waarna hij aan de slag ging als tijdelijk repetitor voor de cursussen wiskunde aan de School voor Burgerlijke Ingenieurs in Gent. Op 13 augustus 1867 promoveerde hij tot doctor in de natuurkunde en de wiskunde aan de stadsuniversiteit en op 7 april 1870 behaalde hij het speciale doctoraat in de wiskunde aan de Universiteit van Luik.[2] Op 3 oktober 1867 volgde Mansion aan de Universiteit van Gent de hoogleraar Mathias Schaar op als docent infinitesimale wiskunde en hogere analyse. In 1870 benoemde men hem tot hoogleraar en in 1874 promoveerde hij tot gewoon hoogleraar. [3] Hij werd verschillende malen belast met de cursussen hogere algebra, kansberekening. In 1890 werd aan Mansion ook het nieuwe vak geschiedenis van de wis- en natuurkunde toevertrouwd. Die cursus was zopas als verplichte leerstof aan het curriculum van de wetenschapsfaculteit van de rijksuniversiteiten gevoegd.[4] Er werd voor Mansion als docent gekozen omdat hij al enkele jaren tevoren met een gelijkaardige cursus in de normaalschool gestart was. Bovendien ondernam Mansion ook zelf historisch onderzoek naar de geschiedenis van de wiskunde. De nieuwe cursus was encyclopedisch van aard en overliep de vroegste bronnen tot de Moderne Tijd. Voor wiskunde was een ruime plaats voorzien, maar natuurkunde kwam nauwelijks aan bod. Wel behandelde Mansion het werk van Galilei als grondlegger van de moderne fysica, en gaf hij ook een overzicht van de verschillende astronomische stelsels en hun geschiedenis. In 1898 werd Mansion inspecteur voor de opleidingen aan de École préparatoire du Génie civil. In 1909 werd hij ten slotte tot het emeritaat toegelaten.


Mansion werd op 15 december 1882 benoemd tot corresponderend lid van de Académie royale des Sciences et Belles-Lettres de Bruxelles en effectief lid op 15 december 1887. Hij was in 1903 directeur van de Klasse Wetenschappen en voorzitter van de Academie. Hij was eveneens corresponderend lid van de Société royale des Sciences de Liège, van het Wiskundig Genootschap van Amsterdam, van de Académie pontificale des Nuovi Lincei en van verschillende andere wetenschappelijke genootschappen. Hij was één van de stichters van de Société scientifique de Bruxelles.[5]


Werken

Mansion onderzocht verschillende domeinen van de wiskunde. In het kader van zijn speciaal doctoraat, onderzocht hij de vermenigvuldiging en de transformatie van elliptische functies. Dit werd één van zijn favoriete onderwerpen. In 1873 bekroonde de Academie een belangrijk werk over eerste orde partiële differentiaalvergelijkingen. Mansion interesseerde zich eveneens voor de kansberekening; hij wijdde hieraan verschillende studies, waaronder een commentaar op een cursus gedoceerd door zijn voorganger Emmanuel-Joseph Boudin. Hij behandelde eveneens het vraagstuk van de wet van de grote getallen van Jacques Bernouilli.[6] Hij presenteerde verschillende publicaties over de niet-euclidische meetkunde, de theorie van de eliminatie in de algebra, de differentiaalvergelijkingen en de kwadratuurvergelijkingen.[7] In 1874 stichtte Catalan en Mansion de Nouvelle Correspondance Mathématique. Het tijdschrift werd opgedoekt in 1880 en het jaar daarop vervangen door Mathesis, onder leiding van Jean Baptiste Joseph Neuberg en Mansion zelf. Deze laatste publiceerde verschillende artikelen in het tijdschrift, onder meer over de niet-euclidische meetkunde en de geschiedenis van de wiskunde.[8] Mansion stelde verschillende didactische werken op. Zijn leerboek Cours d'Analyse infinitésimale verscheen in 1887 onder de titel Mélanges Mathématiques en hij publiceerde een verzameling van zijn notities.[9]


Mansion voerde ook onderzoek uit naar de historische wortels van de wiskunde, meestal gecombineerd met zuiver wiskundig werk, bijvoorbeeld in verband met de niet-euclidische meetkunde. Als inleiding op zijn leerboek Cours d'Analyse infinitésimale (1887) schreef hij een veertig pagina's dikke verhandeling over de geschiedenis van het vak. Verder publiceerde hij artikels over Galilei en Copernicus.


Publicaties

  • De complete publicatielijst van Paul Mansion is beschikbaar in DEMOULIN, Alphonse, "La vie et l’œuvre de Paul Mansion", in: Annuaire de l’Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, 1929, 117-147.


Biografische bijdragen


Bibliografie

  • DEMOULIN, Alphonse, "La vie et l'oeuvre de Paul Mansion", in: Annuaire de l’Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, 1929, 77-147.
  • GODEAUX, Lucien, "Mansion, (Paul)", in: Biographie Nationale, vol. 30, 1958, kol. 540-542.
  • GODEAUX, Lucien, "Paul Mansion 1844-1919", in: Florilège des sciences en Belgique pendant le 19e et le début du 20e siècle, Brussel: Académie royale de Belgique Classe des sciences, 1968, 129-132.
  • MAWHIN, Jean, "De wiskunde", in Robert Halleux, Geert Vanpaemel, Jan Vandersmissen en Andrée Despy-Meyer (red.), Geschiedenis van de wetenschappen in België 1815-2000, Brussel: Dexia/La Renaissance du livre, 2001, vol. 1, 103-105.


Noten

  1. DEMOULIN, Alphonse, "La vie et l'oeuvre de Paul Mansion", in: Annuaire de l’Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, 1929, 79.
  2. GODEAUX, Lucien, "Mansion, (Paul)", in Biographie Nationale, vol. 30, 1958, kol. 540.
  3. GODEAUX, Lucien, "Mansion, (Paul)", in: Biographie Nationale, vol. 30, kol. 541.
  4. Rond de eeuwwisseling was de belangstelling voor de geschiedenis van de wetenschappen in België groot geworden. De verzilvering van deze verhoogde aandacht in het universitair curriculum betekende het hoogtepunt ervan.
  5. GODEAUX, Lucien, "Mansion, (Paul)", in: Biographie Nationale, vol. 30, 1958, kol. 542.
  6. GODEAUX, Lucien, "Paul Mansion 1844-1919", in: Florilège des sciences en Belgique pendant le 19e et le début du 20e siècle, Brussel: Académie royale de Belgique Classe des sciences, 1968, 130.
  7. GODEAUX, Lucien, "Paul Mansion 1844-1919", in: Florilège des sciences en Belgique pendant le 19e et le début du 20 sièclee, Brussel: Académie royale de Belgique Classe des sciences, 1968, 131.
  8. MAWHIN, Jean, "De wiskunde", in Robert Halleux, Geert Vanpaemel, Jan Vandersmissen en Andrée Despy-Meyer (red.), Geschiedenis van de wetenschappen in België 1815-2000, Brussel: Dexia/La Renaissance du livre, 2001, vol. 1 p. 103-105.
  9. GODEAUX, Lucien, "Mansion, (Paul)", in: Biographie Nationale, vol. 30, 1958, kol. 542.