Swinden, Jan Hendrik van (1746-1823)

From Bestor_NL
Jump to: navigation, search

Filosoof, wiskundige en natuurkundige, geboren in Den Haag op 8 juni 1746 en overleden te Amsterdam op 9 maart 1823.

Biografie

Jan Hendrik van Swinden werd geboren op 8 juni 1746 in Den Haag als de zoon van Marie Anne Tolozan en Philippe van Swinden, advocaat aan het Nederlands gerecht. Hij kreeg privé-lessen van verschillende leraars : Frans en Latijn van zijn vader, wiskunde en astronomie van Jean Jacques Blassière (1736-1791) en literatuur van zijn oom Pierre Tolozan. Daarna studeerde hij rechten aan de Universiteit van Leiden.[1] Tegelijkertijd volgde Jan Hendrik lessen wiskunde, natuurkunde, chemie, filosofie, fysiologie en anatomie. Op 20-jarige leeftijd liet hij zijn rechtenstudies varen en promoveerde met een thesis over de aantrekkingskracht tot doctor in de filosofie. In hetzelfde jaar werd hij benoemd tot professor in de filosofie, logica en metafysica aan de Universiteit van Franeker.[2] In 1785 werd hij benoemd tot hoogleraar fysica en astronomie aan het Atheneum van Amsterdam.[3]
Van Swinden was lid van verscheidene commissies, o.a. in 1787 in dienst van de Amsterdamse admiraliteit. In 1795 was hij voorzitter van de commissie verantwoordelijk voor de telling van de inwoners van de stad Amsterdam. In 1798 was hij voorzitter van de commissie belast met de analyse van de openbare volksgezondheid,[4] en was hij ook lid van de commissie voor de rectificatie van de loop van rivieren en van de commissie verantwoordelijk voor het opstellen van een rapport over de universiteiten van de Bataafse Republiek. In 1789 werd hij aangeduid als commissaris van de Bataafse Republiek en was hij samen met professor Hendrik Aeneae aanwezig op de besprekingen in Parijs over het nieuwe metriek stelsel. Hij was belast met het opstellen van een Rapport fait à l’Institut des sciences et arts, le 29 prairial an VII (17 juin 1799), au nom de la classe de mathématique et physique, sur la mesure du méridien de France et les résultats qui en ont été déduits pour déterminer les bases du nouveau système métrique.[5]; hij publiceerde ook een Précis des opérations qui ont servi à déterminer les bases du nouveau système métrique, voorgesteld op een openbare zitting van het Instituut op de 1ste messidor van VII (19 juin 1799).
In juni 1800 werd hij aangesteld tot één van de bestuurders van de Bataafse Republiek. In 1803 werd hij benoemd tot corresponderend lid aan het Institut de France en maakte hij deel uit van de belangrijkste wetenschappelijke genootschappen zoals het Nederlandsch Koninklijk Instituut van wetenschappen, letterkunde en schoone kunsten, l'Académie des Sciences, Littérature et Beaux-Arts van Turijn en de Società Reale van Napoli. Op 14 oktober 1779 werd hij verkozen tot lid van de Académie impériale et royale des Sciences et Belles-Lettres de Bruxelles. Hij was tevens verbonden aan de Marineschool van Amsterdam en de School voor blinden. In 1807 weigerde hij de Nationale Orde van Verdienste verleend door koning Louis-Napoleon, ook de Orde van de Belgische Leeuw aangeboden door Willem I van Oranje in 1815 accepteerde hij niet.
Hij toonde een grote interesse in de numismatiek, zo was hij op de hoogte van de grote diversiteit aan munten van het Koninkrijk der Nederlanden. Hij beschikte over een belangrijke muntcollectie en bij de hervorming van het monetaire systeem werd er dan ook dankbaar gebruik gemaakt van zijn diensten.[6]
Hij overleed op 9 maart 1823. Voor deze gelegenheid gaven het Atheneum van Amsterdam en het genootschap Félix meritis hem een publieke hommage.[7]

Werken

Van Swinden paste verschillende takken van de natuurwetenschappen toe en interesseerde zich meer in het bijzonder voor het magnetisme, de elektriciteit en de meteorologie.
Hij observeerde 13 jaar lang dagelijks de schommelingen op de barometer. Tegelijkertijd noteerde hij 10 jaar lang uur per uur de veranderingen in de magnetische declinatie van een magnetische naald.
In 1777 deelde hij met Charles Coulomb (1736-1806) de prijs van de Académie des Sciences van Parijs voor het onderzoek over de «analogie van elektriciteit en magnetisme». Hij ontving eveneens een medaille van de Academie van Beieren voor een dissertatie over de anologie van electriciteit en magnetisme. In 1786 publiceerde hij Éléments de mathématiques, een werk dat ook in een nederlandse vertaling verscheen.
Een van zijn belangrijkste publicaties was de Positiones physicae.[8] In 1787 werd Van Swinden gevraagd om te participeren in een commissie van de admiraliteit van Amsterdam bevoegd om de lengtegraad op zee te bepalen en de zeekaarten te corrigeren. Voor deze gelegenheid stelde hij voor de zeelui een almanak op en schreef een traktaat over het bepalen van de lengtegraad op zee. Dit werk werd verschillende malen vervolledigd en heruitgegeven.[9] Hij schreef een traktaat over het gebruik van de octant en de sextant.[10] Hij presenteerde hierover verschillende lezingen voor het genootschap Felix meritis.[11] In 1802 publiceerde hij een traktaat over maten en gewichten.[12]

Publicaties

Een volledige lijst van de publicaties van Swinden is te vinden op Redevoering over J. H. van Swinden, in Verslagen van de Werkzaamheden der Eerste Klasse van het Koninklijke Instituut van Wetenschappen Letterkunde en Schoone Kunsten, s.n., s.l., 1823.

  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Disserratio inauguralis de attractione, s.l., s.n., 1766.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Verhandeling over de wederstandbieding der lucht, Amsterdam, 1766.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Oratio de causis errorum in rebus philosophicis, Franeker, 1767.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Cogitationes de variis philosophiae capitibus, 8t., 1767.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Tentamina theoriae mathematicae de phoenomenis magneticis, s.l., s.n., 1772.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Traduction des expériences de Bernard-Christoffle MEESE sur l’influence de la lumière sur les plantes, in Journal de physique, de chimie, d'histoire naturelle et des arts, vol. 6, Parijs : Ruault, Libraire,1775, p. 445-459.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Observations sur le froid extraordinaire qu’on a ressenti en Hollande et en Frise aux mois de novembre et décembre 1774 et janvier 1775 et sur la densité de neige, in Journal de physique, de chimie, d'histoire naturelle et des arts, vol. 8, Parijs : Ruault, Libraire,1776, p. 316-330.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Recherches sur les aiguilles aimantées, et sur leurs variations régulières, qui ont partagé le prix proposé pour l'année 1777, in Mémoires présentés à l’Académie Royale des sciences, vol. 8, 1777.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Observations sur le froid rigoureux du mois de janvier 1776, Amsterdam, Marc-Michel Rey, 1778.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Résultats des observations météorologiques faites en l’année 1778 à Franeker en Frise, in Mémoires de l’Académie impériale et royale des Sciences et Belles-Lettres de Brussel, vol. 3, Brussel, imprimerie académique, 1780.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Dissertation sur la comparaison des thermomètres, Amsterdam, Marc-Michel Rey, 1778.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Oratio de philosophia Newtoniana, habita die 7 junii 1779, quum Magistratu academico abiret, s.l., Excudit Gulielmus Coulon, 1779.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Plan d’un traité de l’aurore boréale pour servir de suite à celui de Mairan, in , Journal des savans, 1779.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Sur la marche de l’aiguille magnétique observée pendant l’aurore boréale du 29 février 1780, in Acta Petropolitana, 1780.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Recueil de différents mémoires sur l’électricité et le magnétisme, Amsterdam, 1784.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Recueil de mémoires sur l'analogie de l'électricité et du magnétisme, Den Haag : Les libraires associés, 1784.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Positiones physicae t. 1 en vol. 2, 1786.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Description d’une machine inventée par L. Emsinga, pour représenter le système du monde, 1780, 1801.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Verhandeling over het bepalen der lengte op zee, De wed. G. Hulst van Keulen, 1819.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Verhandeling over de inrigting en het gebruik der Octanten en Sextanten, 1788.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, rapport fait à l’Institut des sciences et arts, le 29 prairial an VII (17 juin 1799), au nom de la classe de mathématique et physique, sur la mesure du méridien de France et les résultats qui en ont été déduits pour déterminer les bases du nouveau système métrique, in Journal de physique de chimie, d'histoire naturelle et des arts, vol.49,Parijs, J.-J. Fuchs, 1799, p.98-116.
  • SWINDEN, Jan-Hendrik van, Précis des opérations qui ont servi à déterminer les bases du nouveau système métrique.


Bibliografie

  • BOT, J, MUIJLWIJK, R., "Jean H. van Swinden 1746-1823", in KOX, A. J., Van Stevin tot Lorentz : Portretten van achttien Nederlandse natuurwetenschappers, Amsterdam, Uitgeverij Bert Bakker, p.106-117.
  • COQUEREL, A. L. C., "Notice sur J. H. Van Swinden", in Messager des sciences et des arts, Gent: J. P. de Goesin-Verhaegen, imprimeur de l’université et des deux sociétés, 1826, p. 185-199
  • DEPPING, J., "Swinden (Jean-Henry Van)", in Biographie universelle ancienne et moderne, vol. 44, Parijs: L. G. Michaud, libraire-éditeur, 1826, p. 289-291.
  • KLUYSKENS, Hippolite, "Van Swinden (Jean-Henri)", in: Des hommes célèbres dans les sciences et les arts, et des médailles qui consacrent leur souvenir, Gent: imprimerie et lithographie de Léonard Hebbelynck, 1859, p.551-558.
  • MARRON, P.-H., "Notice nécrologique de J.-H. van Swinden", in Bulletin général et universel des annonces et des nouvelles scientifiques, Parijs : bureau du bulletin, 1823.
  • MOLL, G. "A biographical account of J. H. van Swinden", in The Edinburgh journal of science, vol. 1, Edinburgh : William Blackwood, Londen, T. Cadell, 1824, p. 197-208.
  • "Redevoering over J. H. van Swinden", in Verslagen van de Werkzaamheden der Eerste Klasse van het Koninklijke Instituut van Wetenschappen Letterkunde en Schoone Kunsten, s.n., s.l., 1823.
  • "Swinden (Jean-Henri Van)", Biographie du royaume des Pays-Bas ancienne et moderne, vol. 2, Luik, J. Desoer, imprimeur-libraire, 1829, p. 454-455.


Nota’s

  1. Geschiedenis van de universiteit van Leiden.
  2. Zijn inauguratierede had als titel De causis errorum in rebus philosophicus.
  3. Zijn inauguratierede had als titel De hypothesibus physicis, quomodo sunt è mente Newtoni intelligendae.
  4. In de verzameling van stukken en rapport, betrekkelijk de aanstelling van een Komissie van algemeen geneeskundig toevoorzigt, 1798
  5. voor een deel hernomen in Journal de physique de chimie, d'histoire naturelle et des arts, vol.49,Parijs, J.-J. Fuchs, 1799, p. 98-116.
  6. KLUYSKENS, Hippolite, "Van Swinden (Jean-Henri)", in Des hommes célèbres dans les sciences et les arts, et des médailles qui consacrent leur souvenir, Gent: imprimerie et lithographie de Léonard Hebbelynck, 1859, p. 556.
  7. Een deel van deze hommage werd gereproduceerd in MARRON, P.-H., "Notice nécrologique de J.-H. van Swinden", in Bulletin général et universel des annonces et des nouvelles scientifiques, Parijs : bureau du bulletin, 1823.
  8. SWINDEN, Jan-Hendrik van, Positiones physicae vol. 1 en vol. 2, 1786.
  9. SWINDEN, Jan-Hendrik van, Verhandeling over het bepalen der lengte op zee, De wed. G. Hulst van Keulen, 1819.
  10. SWINDEN, Jan-Hendrik van, Verhandeling over de inrigting en het gebruik der Octanten en Sextanten, 1788.
  11. DEPPING, J., "Swinden (Jean-Henry Van)", in Biographie universelle ancienne et moderne, vol. 44 Parijs: L. G. Michaud, libraire-éditeur, 1826, p. 289.
  12. Un traité des poids et mesure.