Difference between revisions of "Van Overloop, Eugène (1847-1926)"

From Bestor_NL
Jump to: navigation, search
(Created page with '<div style="text-align:right;">[http://www.bestor.be/wiki/index.php/Van_Overloop,_Eug%C3%A8ne_(1847-1926) FR]</div> Conservator. Geboren op 10 mei 1847 in Brussel en overleed er …')
 
m
 
(One intermediate revision by the same user not shown)
Line 6: Line 6:
 
===Biografie===
 
===Biografie===
 
Van Overloop groeide op in het burgergezin van de Brusselse senator Eugène-Jean-Isidore Van Overloop.
 
Van Overloop groeide op in het burgergezin van de Brusselse senator Eugène-Jean-Isidore Van Overloop.
<br/>Van Overloop was lid van de beschermingsraad van het [[Koninklijk Belgisch instituut voor natuurwetenschappen - Institut royal des sciences naturelles de Belgique|Musée royal d'Histoire naturelle de Belgique]]. In die hoedanigheid organiseerde hij de wetenschapsafdeling van de Wereldtentoonstelling van 1897 in Brussel. In hetzelfde jaar 1897 werd Van Overloop op grond van zijn ervaring en zijn managerkwaliteiten tot afgevaardigde van de etnografische afdeling van het Musée des Arts Décoratifs benoemd. Hij bleef slechts een jaar in deze functie. In 1898 volgde hij [[Haulleville, Charles-Alexandre-Prosper (1830-1898)|Prosper de Haulleville]] op aan het hoofd van de [[Musées royaux d'Art et d'Histoire|Musées royaux des Arts décoratifs et industriels]].<ref> LAVACHERY, Henri, [http://www2.academieroyale.be/academie/documents/FichierPDFBiographieNationaleTome2092.pdf#page=297 "Van Overloop, Eugène"], in: ''Biographie Nationale'', 33 (1966), 568-569.</ref>  
+
<br/>Van Overloop was lid van de beschermingsraad van het [[Koninklijk Belgisch instituut voor natuurwetenschappen - Institut royal des sciences naturelles de Belgique|Musée royal d'Histoire naturelle de Belgique]]. In die hoedanigheid organiseerde hij de wetenschapsafdeling van de Wereldtentoonstelling van 1897 in Brussel. In hetzelfde jaar 1897 werd Van Overloop op grond van zijn ervaring en zijn managerkwaliteiten tot afgevaardigde van de etnografische afdeling van het Musée des Arts Décoratifs benoemd. Hij bleef slechts een jaar in deze functie. In 1898 volgde hij [[Haulleville, Charles-Alexandre-Prosper (1830-1898)|Prosper de Haulleville]] op aan het hoofd van de [[Musées royaux d'Art et d'Histoire|Musées royaux des Arts décoratifs et industriels]].<ref> LAVACHERY, Henri, [http://www.academieroyale.be/academie/documents/FichierPDFBiographieNationaleTome2092.pdf#page=297 "Van Overloop, Eugène"], in: ''Biographie Nationale'', 33 (1966), 568-569.</ref>  
 
<br/>Op 1 oktober 1925 ging Van overloop op pensioen, tien jaar ná de wettelijke leefdtijdsgrens.<ref>[[Capart, Jean François Désiré (1877-1947)|CAPART, Jean, "Le personnel scientifique de nos musées", in: ''Bulletin des Musées Royaux d'Art et d'Histoire'', 1 (1929),  38-39.</ref> Hij werd als hoofd-conservator opgevolgd door [[Capart, Jean François Désiré (1877-1947)|Jean Capart]].
 
<br/>Op 1 oktober 1925 ging Van overloop op pensioen, tien jaar ná de wettelijke leefdtijdsgrens.<ref>[[Capart, Jean François Désiré (1877-1947)|CAPART, Jean, "Le personnel scientifique de nos musées", in: ''Bulletin des Musées Royaux d'Art et d'Histoire'', 1 (1929),  38-39.</ref> Hij werd als hoofd-conservator opgevolgd door [[Capart, Jean François Désiré (1877-1947)|Jean Capart]].
 
<br/>Van Overloop ontving gedurende zijn loopbaan tal van onderscheidingen en titels, waaronder deze van Commandeur in de [[Leopoldsorde]] en deze van Grootofficier in de [[Kroonorde]]. Hij was ook lid van de Commission Royale des Monuments et des Sites (Section des sites).<ref>LAGASSE  DE LOCHT, Chevalier de, [http://www.crmsf.be/sites/default/files/book/BCRAA_1926-janvier-juin.pdf "Nécrologie. Eugène Van Overloop"], in: ''Bulletin des Commissions royales d'Art et d'Archéologie'', 65 (1926), 102.</ref>  
 
<br/>Van Overloop ontving gedurende zijn loopbaan tal van onderscheidingen en titels, waaronder deze van Commandeur in de [[Leopoldsorde]] en deze van Grootofficier in de [[Kroonorde]]. Hij was ook lid van de Commission Royale des Monuments et des Sites (Section des sites).<ref>LAGASSE  DE LOCHT, Chevalier de, [http://www.crmsf.be/sites/default/files/book/BCRAA_1926-janvier-juin.pdf "Nécrologie. Eugène Van Overloop"], in: ''Bulletin des Commissions royales d'Art et d'Archéologie'', 65 (1926), 102.</ref>  
Line 12: Line 12:
 
<br/>  
 
<br/>  
 
===Werken===
 
===Werken===
Van Overloop zette zich in voor de reorganisatie van de collecties van de [[Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis |Musées royaux des Arts décoratifs et industriels]]. Om dit ambitieuze project tot een goed einde te brengen, besloot hij zich te omringen met een jong en dynamisch team van experts aan het hoofd van de afdelingen. De aanwervingen van [[Cumont, Franz Valérie Marie (1868-1947)|Franz Cumont]] die [[De Mot, Jean (1876-1918)|Jean De Mot]] als adjunct-conservator Antieke oudheid vervoegde, van Baron de Loë voor de afdeling Oud Belgie en van [[Capart, Jean François Désiré (1877-1947)| Capart]] voor de afdeling Egyptische oudheid  waren hiervan het resultaat. Het team van conservators stond in voor de redactie van de ''Bulletins des Musées royaux des Arts décoratifs et industriels''.  Onder zijn bestuur werd ook de eerste tijdelijke tentoonstelling in de Koninklijke Musea ingericht.<ref> LAVACHERY, Henri, [http://www2.academieroyale.be/academie/documents/FichierPDFBiographieNationaleTome2092.pdf#page=297 "Van Overloop, Eugène"], in: ''Biographie Nationale'', 33 (1966), 573.</ref>
+
Van Overloop zette zich in voor de reorganisatie van de collecties van de [[Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis |Musées royaux des Arts décoratifs et industriels]]. Om dit ambitieuze project tot een goed einde te brengen, besloot hij zich te omringen met een jong en dynamisch team van experts aan het hoofd van de afdelingen. De aanwervingen van [[Cumont, Franz Valérie Marie (1868-1947)|Franz Cumont]] die [[De Mot, Jean (1876-1918)|Jean De Mot]] als adjunct-conservator Antieke oudheid vervoegde, van Baron de Loë voor de afdeling Oud Belgie en van [[Capart, Jean François Désiré (1877-1947)| Capart]] voor de afdeling Egyptische oudheid  waren hiervan het resultaat. Het team van conservators stond in voor de redactie van de ''Bulletins des Musées royaux des Arts décoratifs et industriels''.  Onder zijn bestuur werd ook de eerste tijdelijke tentoonstelling in de Koninklijke Musea ingericht.<ref> LAVACHERY, Henri, [http://www.academieroyale.be/academie/documents/FichierPDFBiographieNationaleTome2092.pdf#page=297 "Van Overloop, Eugène"], in: ''Biographie Nationale'', 33 (1966), 573.</ref>
  
<br/>Het was Van Overloops ambitie om van de Koninklijke Musea echte wetenschappelijke onderzoeksinstellingen te maken. Onder zijn bestuur kwam dan ook een bibliotheek tot stand, waarvan de boekencollectie doorheen de tijd aanzienlijk uitbreidde.<ref> LAVACHERY, Henri, [http://www2.academieroyale.be/academie/documents/FichierPDFBiographieNationaleTome2092.pdf#page=297 "Van Overloop, Eugène"], in: ''Biographie Nationale'', 33 (1966), 570-572.</ref>  
+
<br/>Het was Van Overloops ambitie om van de Koninklijke Musea echte wetenschappelijke onderzoeksinstellingen te maken. Onder zijn bestuur kwam dan ook een bibliotheek tot stand, waarvan de boekencollectie doorheen de tijd aanzienlijk uitbreidde.<ref> LAVACHERY, Henri, [http://www.academieroyale.be/academie/documents/FichierPDFBiographieNationaleTome2092.pdf#page=297 "Van Overloop, Eugène"], in: ''Biographie Nationale'', 33 (1966), 570-572.</ref>  
  
 
<br/>Naast zijn conservatorschap was Van Overloop ook een toegewijd onderzoeker. Hij ondernam studies over de archeologie van de Belgische prehistorie, onder meer over Henegouwen (Spiennes) en Vlaanderen (Mendonck). Naast zijn methodologische beschouwing ''Sur une méthode à suivre dans les études préhistoriques'' (1884), publiceerde Van Overloop met ''L'étude de notre préhistoire'' (1925) ook een algemene synthese over de prehistorie vanuit een geologisch perspectief.<ref>VINCENT, Auguste, [http://www.persee.fr/web/revues/home/prescript/article/rbph_0035-0818_1927_num_6_1_6447_t1_0479_0000_2" Eug. Van Overloop, ''L'étude de notre préhistoire'' , Bruxelles, Hayet, in-8°, 224p., carte"], in: ''Revue belge de philologie et d'histoire, 6 (1927) nr. 1-2, 479.</ref> Van Overloops tweede domein van expertise was kantwerk. Zijn onderzoek hierrond leverde hem internationale faam  op.  Van Overloop stimuleerde dan ook de ontwikkeling van de kantwerkcollectie in het museum, door de oprichting van de "Amis de la dentelle", die speurden naar nieuwe stukken voor het museum.
 
<br/>Naast zijn conservatorschap was Van Overloop ook een toegewijd onderzoeker. Hij ondernam studies over de archeologie van de Belgische prehistorie, onder meer over Henegouwen (Spiennes) en Vlaanderen (Mendonck). Naast zijn methodologische beschouwing ''Sur une méthode à suivre dans les études préhistoriques'' (1884), publiceerde Van Overloop met ''L'étude de notre préhistoire'' (1925) ook een algemene synthese over de prehistorie vanuit een geologisch perspectief.<ref>VINCENT, Auguste, [http://www.persee.fr/web/revues/home/prescript/article/rbph_0035-0818_1927_num_6_1_6447_t1_0479_0000_2" Eug. Van Overloop, ''L'étude de notre préhistoire'' , Bruxelles, Hayet, in-8°, 224p., carte"], in: ''Revue belge de philologie et d'histoire, 6 (1927) nr. 1-2, 479.</ref> Van Overloops tweede domein van expertise was kantwerk. Zijn onderzoek hierrond leverde hem internationale faam  op.  Van Overloop stimuleerde dan ook de ontwikkeling van de kantwerkcollectie in het museum, door de oprichting van de "Amis de la dentelle", die speurden naar nieuwe stukken voor het museum.
Line 24: Line 24:
 
* "Sur quelques particularités des silex du Hainaut - Discussion", in:''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1883, 2, p. 159-166.  
 
* "Sur quelques particularités des silex du Hainaut - Discussion", in:''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1883, 2, p. 159-166.  
 
* "Sur une méthode à suivre dans les études préhistoriques - Discussion", in:''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1884, 3, p. 20-32.
 
* "Sur une méthode à suivre dans les études préhistoriques - Discussion", in:''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1884, 3, p. 20-32.
* avec DE PAUW, L., "Une hache-marteau en pierre de l'âge du Bronze", in:''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1884, 3, p. 303-305.  
+
* In samenwerking met DE PAUW, L., "Une hache-marteau en pierre de l'âge du Bronze", in:''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1884, 3, p. 303-305.  
 
* "Les silex de la station préhistorique de Mendonck", in:''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1884, 3, p. 334-360.  
 
* "Les silex de la station préhistorique de Mendonck", in:''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1884, 3, p. 334-360.  
 
* ''Sur une méthode à suivre dans les études dites préhistoriques'', Brussel: C. Murquadt, 1884.   
 
* ''Sur une méthode à suivre dans les études dites préhistoriques'', Brussel: C. Murquadt, 1884.   
 
* "Remarques sur des silex taillés provenant du Bassin de Mons", 1884.
 
* "Remarques sur des silex taillés provenant du Bassin de Mons", 1884.
 
* "Sur une découverte de l'Âge du Bronze faite en Flandre - Discussion", in: ''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1885, 4, p. 24-28.  
 
* "Sur une découverte de l'Âge du Bronze faite en Flandre - Discussion", in: ''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1885, 4, p. 24-28.  
* avec DE PAUW, L., "Sur l'atelier de silex de Spiennes", in: ''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1885, 4, p. 62-63.
+
* In samenwerking met DE PAUW, L., "Sur l'atelier de silex de Spiennes", in: ''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1885, 4, p. 62-63.
 
* "Les invasions de la mer en Flandre et dans les Pays-Bas antérieurement à notre ère", in: ''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1887, 6, p. 35-56.
 
* "Les invasions de la mer en Flandre et dans les Pays-Bas antérieurement à notre ère", in: ''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1887, 6, p. 35-56.
 
* "Sur les rapports entre les sociétés d'archéologie et d'anthropologie", in: ''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1887, 6, p. 390-393.  
 
* "Sur les rapports entre les sociétés d'archéologie et d'anthropologie", in: ''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1887, 6, p. 390-393.  
* avec DE PAUW, L., "Les prétendus mégalithes de Solwaster", in: ''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1888, 7, p. 219-221.  
+
* In samenwerking met DE PAUW, L., "Les prétendus mégalithes de Solwaster", in: ''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1888, 7, p. 219-221.  
* avec DE PAUW, L., Les ateliers préhistoriques de Spiennes - Discussion", in: ''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1889, 8, p. 28-39.
+
* In samenwerking met DE PAUW, L., Les ateliers préhistoriques de Spiennes - Discussion", in: ''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1889, 8, p. 28-39.
 
* "Les conditions d'habitabilité par l'homme du bassin de l'Escaut pendant la période de creusement des vallées", in: ''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1889, 8, p. 40-44.
 
* "Les conditions d'habitabilité par l'homme du bassin de l'Escaut pendant la période de creusement des vallées", in: ''Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles'', 1889, 8, p. 40-44.
 
* ''[http://archive.org/stream/lesoriginesduba00overgoog#page/n3/mode/2up Les origines du Bassin supérieur de l'Escaut] '', Brussel: F. Hayez, 1889.
 
* ''[http://archive.org/stream/lesoriginesduba00overgoog#page/n3/mode/2up Les origines du Bassin supérieur de l'Escaut] '', Brussel: F. Hayez, 1889.
Line 97: Line 97:
  
 
<br/>
 
<br/>
 +
 
===Bibliografie===
 
===Bibliografie===
 
* LAGASSE  DE LOCHT, Chevalier de, "[http://www.crmsf.be/sites/default/files/book/BCRAA_1926-janvier-juin.pdf Nécrologie. Eugène Van Overloop]", in: ''Bulletin des Commissions royales d'Art et d'Archéologie'', 65 (1926), 99-102.  
 
* LAGASSE  DE LOCHT, Chevalier de, "[http://www.crmsf.be/sites/default/files/book/BCRAA_1926-janvier-juin.pdf Nécrologie. Eugène Van Overloop]", in: ''Bulletin des Commissions royales d'Art et d'Archéologie'', 65 (1926), 99-102.  
* LAVACHERY, Henri, [http://www2.academieroyale.be/academie/documents/FichierPDFBiographieNationaleTome2092.pdf#page=297 "Van Overloop, Eugène"], in: ''Biographie Nationale'', 33 (1966) 568-574.  
+
* LAVACHERY, Henri, [http://www.academieroyale.be/academie/documents/FichierPDFBiographieNationaleTome2092.pdf#page=297 "Van Overloop, Eugène"], in: ''Biographie Nationale'', 33 (1966) 568-574.  
 
* MONTENS, Valérie, "Le musée d'Eugène Van Overloop 1898-1925", in: ''Bulletin des Musées royaux d'Art et d'Histoire'', 80 (2009), 239-255.
 
* MONTENS, Valérie, "Le musée d'Eugène Van Overloop 1898-1925", in: ''Bulletin des Musées royaux d'Art et d'Histoire'', 80 (2009), 239-255.
 
* VINCENT, Auguste, [http://www.persee.fr/web/revues/home/prescript/article/rbph_0035-0818_1927_num_6_1_6447_t1_0479_0000_2" Eug. Van Overloop, L'étude de notre préhistoire, Brussel, Hayet, in-8°, 224p., carte"], in: ''Revue belge de philologie et d'histoire, 6 (1927), nr. 1-2, 479.
 
* VINCENT, Auguste, [http://www.persee.fr/web/revues/home/prescript/article/rbph_0035-0818_1927_num_6_1_6447_t1_0479_0000_2" Eug. Van Overloop, L'étude de notre préhistoire, Brussel, Hayet, in-8°, 224p., carte"], in: ''Revue belge de philologie et d'histoire, 6 (1927), nr. 1-2, 479.

Latest revision as of 14:58, 8 April 2021

Conservator. Geboren op 10 mei 1847 in Brussel en overleed er op 12 maart 1926.


Biografie

Van Overloop groeide op in het burgergezin van de Brusselse senator Eugène-Jean-Isidore Van Overloop.
Van Overloop was lid van de beschermingsraad van het Musée royal d'Histoire naturelle de Belgique. In die hoedanigheid organiseerde hij de wetenschapsafdeling van de Wereldtentoonstelling van 1897 in Brussel. In hetzelfde jaar 1897 werd Van Overloop op grond van zijn ervaring en zijn managerkwaliteiten tot afgevaardigde van de etnografische afdeling van het Musée des Arts Décoratifs benoemd. Hij bleef slechts een jaar in deze functie. In 1898 volgde hij Prosper de Haulleville op aan het hoofd van de Musées royaux des Arts décoratifs et industriels.[1]
Op 1 oktober 1925 ging Van overloop op pensioen, tien jaar ná de wettelijke leefdtijdsgrens.[2] Hij werd als hoofd-conservator opgevolgd door Jean Capart.
Van Overloop ontving gedurende zijn loopbaan tal van onderscheidingen en titels, waaronder deze van Commandeur in de Leopoldsorde en deze van Grootofficier in de Kroonorde. Hij was ook lid van de Commission Royale des Monuments et des Sites (Section des sites).[3]


Werken

Van Overloop zette zich in voor de reorganisatie van de collecties van de Musées royaux des Arts décoratifs et industriels. Om dit ambitieuze project tot een goed einde te brengen, besloot hij zich te omringen met een jong en dynamisch team van experts aan het hoofd van de afdelingen. De aanwervingen van Franz Cumont die Jean De Mot als adjunct-conservator Antieke oudheid vervoegde, van Baron de Loë voor de afdeling Oud Belgie en van Capart voor de afdeling Egyptische oudheid waren hiervan het resultaat. Het team van conservators stond in voor de redactie van de Bulletins des Musées royaux des Arts décoratifs et industriels. Onder zijn bestuur werd ook de eerste tijdelijke tentoonstelling in de Koninklijke Musea ingericht.[4]


Het was Van Overloops ambitie om van de Koninklijke Musea echte wetenschappelijke onderzoeksinstellingen te maken. Onder zijn bestuur kwam dan ook een bibliotheek tot stand, waarvan de boekencollectie doorheen de tijd aanzienlijk uitbreidde.[5]


Naast zijn conservatorschap was Van Overloop ook een toegewijd onderzoeker. Hij ondernam studies over de archeologie van de Belgische prehistorie, onder meer over Henegouwen (Spiennes) en Vlaanderen (Mendonck). Naast zijn methodologische beschouwing Sur une méthode à suivre dans les études préhistoriques (1884), publiceerde Van Overloop met L'étude de notre préhistoire (1925) ook een algemene synthese over de prehistorie vanuit een geologisch perspectief.[6] Van Overloops tweede domein van expertise was kantwerk. Zijn onderzoek hierrond leverde hem internationale faam op. Van Overloop stimuleerde dan ook de ontwikkeling van de kantwerkcollectie in het museum, door de oprichting van de "Amis de la dentelle", die speurden naar nieuwe stukken voor het museum.


Publicaties

  • Quelques observations sur la nature du sentiment esthétique, Brussel : F. Hayez, 1881.
  • Les origines de l'art en Belgique : les âge de la Pierre, Brussel: F. Hayez, 1882.
  • "Sur quelques particularités des silex du Hainaut - Discussion", in:Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1883, 2, p. 159-166.
  • "Sur une méthode à suivre dans les études préhistoriques - Discussion", in:Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1884, 3, p. 20-32.
  • In samenwerking met DE PAUW, L., "Une hache-marteau en pierre de l'âge du Bronze", in:Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1884, 3, p. 303-305.
  • "Les silex de la station préhistorique de Mendonck", in:Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1884, 3, p. 334-360.
  • Sur une méthode à suivre dans les études dites préhistoriques, Brussel: C. Murquadt, 1884.
  • "Remarques sur des silex taillés provenant du Bassin de Mons", 1884.
  • "Sur une découverte de l'Âge du Bronze faite en Flandre - Discussion", in: Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1885, 4, p. 24-28.
  • In samenwerking met DE PAUW, L., "Sur l'atelier de silex de Spiennes", in: Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1885, 4, p. 62-63.
  • "Les invasions de la mer en Flandre et dans les Pays-Bas antérieurement à notre ère", in: Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1887, 6, p. 35-56.
  • "Sur les rapports entre les sociétés d'archéologie et d'anthropologie", in: Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1887, 6, p. 390-393.
  • In samenwerking met DE PAUW, L., "Les prétendus mégalithes de Solwaster", in: Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1888, 7, p. 219-221.
  • In samenwerking met DE PAUW, L., Les ateliers préhistoriques de Spiennes - Discussion", in: Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1889, 8, p. 28-39.
  • "Les conditions d'habitabilité par l'homme du bassin de l'Escaut pendant la période de creusement des vallées", in: Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1889, 8, p. 40-44.
  • Les origines du Bassin supérieur de l'Escaut , Brussel: F. Hayez, 1889.
  • Origines du bassin inférieur de l'Escaut, Brussel: F. Hayez, 1889.
  • Origines du Bassin de l'Escaut, Brussel: F. Hayez, 1890.
  • "Projet de carte préhistorique de la Belgique", in: Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1893, 12, p. 242-281.
  • "Géographie préhistorique de la Basse Belgique - Discussion", in: Bulletin de la Société d'Anthropologie de Bruxelles, 1894, 13, p. 368-387.
  • In samenwerking met de LOË, Alfred, Exploration dans la province d'Anvers
  • "Association pour l'étude de l'ethnographie en Belgique", 1889.
  • "La pierre de Saint-Bavon", in: Bulletin de l'Académie royale de Belgique", 1899.
  • "Le préhistorique. Les premiers habitants de la Belgique", in: Annales de la Société d'Archéologie de Bruxelles, 1900, XIV.
  • "Nos expositions", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1901, 1 (2), p. 6-7.
  • "Dons"', in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1901, 1 (2), p. 12-13.
  • "Vulgarisation", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1901, 1 (3), p. 17-18.
  • "Nos expositions", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1901, 1 (3), p. 24.
  • "Vulgarisation", in Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1901, 1 (4), p. 25-27.
  • "Art national", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1902, 1 (5), p. 33-35.
  • "Art national", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1902, 1 (7), p. 49-51.
  • "Martial Noguès", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1902, 1 (7), p. 55.
  • "La section de la peinture décorative et la galerie de la Belgique monumentale", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1902, 1 (8), p. 57-59.
  • "La section de la peinture décorative et la galerie de la Belgique monumentale", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1902, 1 (9), p. 65-67.
  • "Expositions. Alexandre Colin et les monuments d'Innsbruck", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1902, 1 (9), p. 69.
  • "La Vallée de la Sambre par Edm. Rahir", in Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1902, 1 (9), p. 69-70.
  • "Informations", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1902, 1 (10), p. 77-78.
  • Musées royaux du Cinquantenaire. Exposition de photographies. II. Alexandre Colin, Brussel : F. Hayez, 1902.
  • Les statues de bronze entourant le tombeau de l'empereur Maximilien Ier à Innsbruck, Brussel : F. Hayez, 1902.
  • "Nos collections de tissus de broderie et de dentelles", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1903, 3 (1), p. 1-4.
  • "Collection Madame Montefiore", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1904, 3 (5), p. 33-35.
  • "Gédéon Bordiau", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1904, 3 (5), p. 38.
  • "Exposition Beyaert", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1904, 3 (6), p. 41-42.
  • "Nos dentelles", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1904, 3 (7), p. 49-55.
  • "Cartes postales", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1904, 3 (11), p. 81.
  • "Le forum romain", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1904, 4 (1), p. 1.
  • "Gaudenzio Ferrari", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1905, 4 (4), p. 25.
  • Les architectes et le Musée d'architecture au Cinquantenaire, Brussel: F. Hayez, 1905.
  • "Chronique", in: Bulletin des Musées royaux des Arts décoratifs et industriels, 1905, 5 (2), p. 9-10.
  • "Chronique", in: Bulletin des Musées royaux des Arts décoratifs et industriels, 1906, 5 (5), p. 33-35.
  • "Chronique", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1906, 5 (6), p. 41-43.
  • "Chronique", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1906, 5 (7), p. 49-50.
  • "Un appel entendu", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1906, 5 (7), p. 50-52.
  • "Les musées de province et l'État", in Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1906, 5 (8), p. 57-60.
  • "Chronique", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1906, 5 (9), p. 65-66.
  • "Chronique", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1906, 5 (10), p. 73-75.
  • "La section des dentelles", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1906, 5 (12), p. 89-92.
  • Catalogue des ouvrages se rapportant à l'industrie de la dentelle, Brussel : F. Hayez, 1906.
  • "Une dentelle de Bruxelles de 1859", in: Matériau pour servir à l'histoire de la dentelle en Belgique, 1, Brussel : Lamertin, 1907.
  • "Le Puncetto de Valle Vogna", in: Bulletin des Musées royaux des Arts décoratifs et industriels, 1908, 1 (7), p. 57.
  • "Une dentelle intéressante", in Bulletin des Musées royaux des Arts décoratifs et industriels, 1909, 2 (7), p. 49-50.
  • "Isabelle.-Elisabeth", in: Bulletin des Musées royaux des Arts décoratifs et industriels, 1909, 2 (8), p. 57-59.
  • "Les dentelles de N. D. d'Afflighem", in: Bulletin des Musées royaux des Arts décoratifs et industriels, 1909, 2 (11), p. 81-84.
  • "Autre cloche", in: Bulletin des Musées royaux des Arts décoratifs et industriels, 1910, 3 (4), p. 25-27.
  • "Orfèvrerie religieuse", in: Bulletin des Musées royaux des Arts décoratifs et industriels, 1910, 3 (5), p. 33-34.
  • La dentelle a l'Exposition de l'art belge au XVIIe siècle : lecture faite au Congrès d'Art et d'Histoire, le 26 aout 1910, Brussel.
  • "Albert Evenepoel", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1911, 10 (3), p. 17-18.
  • "Nécrologie", in: Bulletin des Musées royaux des arts décoratifs et industriels, 1911, 10 (3), p. 24.
  • "Dons", in Bulletin des Musées royaux du Cinquantenaire, 1913, 12 (2), p.16.
  • "Dons", in Bulletin des Musées royaux du Cinquantenaire, 1913, 12 (5), p. 38-39.
  • Dentelles anciennes de la collection Alfred Lescure, Bruxelles, Malines, Valenciennes, Binche, Brussel: G. Van Oest, 1914.
  • La dentelle : Guide du visiteur, Brussel: Dreesen & De Smet, 1920.
  • L'origine de la carte de visite, Brussel: Édition de la Vie intellectuelle, 1923.
  • L'étude de notre préhistoire, Brussel: L. Hayez, 1925.
  • La camisia, Anwerpen : Resseler, 1929.


Bibliografie


Noten

  1. LAVACHERY, Henri, "Van Overloop, Eugène", in: Biographie Nationale, 33 (1966), 568-569.
  2. [[Capart, Jean François Désiré (1877-1947)|CAPART, Jean, "Le personnel scientifique de nos musées", in: Bulletin des Musées Royaux d'Art et d'Histoire, 1 (1929), 38-39.
  3. LAGASSE DE LOCHT, Chevalier de, "Nécrologie. Eugène Van Overloop", in: Bulletin des Commissions royales d'Art et d'Archéologie, 65 (1926), 102.
  4. LAVACHERY, Henri, "Van Overloop, Eugène", in: Biographie Nationale, 33 (1966), 573.
  5. LAVACHERY, Henri, "Van Overloop, Eugène", in: Biographie Nationale, 33 (1966), 570-572.
  6. VINCENT, Auguste, " Eug. Van Overloop, L'étude de notre préhistoire , Bruxelles, Hayet, in-8°, 224p., carte", in: Revue belge de philologie et d'histoire, 6 (1927) nr. 1-2, 479.