Difference between revisions of "Commission for Relief in Belgium"

From Bestor_NL
Jump to: navigation, search
 
(11 intermediate revisions by 2 users not shown)
Line 1: Line 1:
[[category: Wetenschappelijke instellingen]]
+
<div style="text-align:right;">[https://www.bestor.be/wiki/index.php/Commission_for_Relief_in_Belgium FR]</div>
 +
[[category: Wetenschappelijke instellingen]][[category:Wetenschappelijke genootschappen]][[category:Wetenschapsfinanciering]]
  
 
===Historiek===
 
===Historiek===
 +
In 1914 werd de Amerikaanse zakenman Herbert Hoover gekozen als voorzitter van de Commissie voor Hulpverlening in België (CRB) en organiseerde hij hulp voor de Belgische bevolking. Hij richtte een organisatie op voor de aankoop en het transport van essentiële levensmiddelen, gezamenlijk geleverd door de Belgische en Amerikaanse regering. <ref>{{Halleux 1}} p. 82.</ref> Hij werkte samen met de Belgische bankier [[Francqui, Émile Lucien Joseph (1863-1935)|Emile Francqui]], die op zijn beurt op ons grondgebied een '''"Nationaal Hulp- en Voedingscomité"''' organiseerde, belast met de ontvangst van voedsel uit Amerika en de verdeling ervan onder de bevolking. Deze onderneming nam een ongekende omvang aan. De CRB ging na verloop van tijd zelfs een eigen onafhankelijk leven leiden als een soort hulp verlenende republiek met een eigen vlag, vloot, fabrieken, molens en een spoorwegnetwerk.
  
Toen na de oorlog bleek dat de Commission for Relief in Belgium nog behoorlijk wat fondsen ter beschikking had, besloot Hoover dit geld te gebruiken voor de wederopbouw van België door het te investeren in de verouderde universiteiten van het land.  Zo zag de [[Universitaire Stichting]] het levenslicht en vloeiden er duizenden dollars naar de belangrijkste Belgische universiteiten. In 1920 richtte Hoover de Belgian American Educational Foundation (BAEF) op die jonge studenten de mogelijkheid gaf met een studiebeurs in de V.S. te studeren. Het programma bestaat vandaag nog steeds en vele honderden hebben er al gebruik van gemaakt. .<ref> [http://www.rememberinghoover.be/Legacy.htm Hoover's Legacy] geconsulteerd op 08/07/2010 om 13u10.<ref/>
+
 
 +
Aan het einde van de Eerste Wereldoorlog beschikte de organisatie nog over aanzienlijke middelen. Hoover besloot dit geld te gebruiken voor het herstel van België en investeerde in de universiteiten van het land. Francqui en Hoover richtten via hun respectievelijke instituties, de CRB en het ''Nationaal Hulp- en Voedingscomité'' in 1920 de [[Universitaire Stichting]] en de ''Commission for Relief in Belgium Educational Foundation Incorporation'' (CRBEF) op. Deze in New York gevestigde filantropische stichting werd in 1920 opgericht en in 1938 omgedoopt tot de Belgisch-Amerikaanse Onderwijsstichting (BAEF). De raad van bestuur bestond in gelijke delen uit vertegenwoordigers van de Verenigde Staten en België. Deze filantropische stichting bestaat nog steeds en had tot taak het begrip tussen beide landen te bevorderen door middel van subsidies aan de Belgische wetenschappelijke wereld (vergelijkbaar met die van de Universitaire Stichting), alsmede door een systeem van beurzen voor de uitwisseling van studenten. Dit programma bestaat nog steeds.<ref>[http://www.rememberinghoover.be/Legacy.htm ''Hoover's Legacy''] geconsulteerd op 08/07/2010 om 13u10.<br> Zie ook: https://baef.be/baef-history/ , geconsulteerd op 24/01/2023.</ref>
 +
 
 +
 
 +
De eerste Belgen staken in januari 1920 de Atlantische Oceaan over op beurzen van de Stichting Hulp aan België Onderwijs. Het programma won snel aan kracht: aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog had bijna een kwart van de professoren en onderzoekers aan de faculteiten wetenschappen, geneeskunde en bedrijfskunde in België een deel van hun studie in de Verenigde Staten gedaan.
 +
<ref>Ranieri L., ''Émile Francqui ou l’intelligence créatrice'', Paris, Duculot, 1985, p. 311.</ref>
 +
In omgekeerde richting was het aantal aanvragers kleiner en bestond het voornamelijk uit studenten literatuur, geschiedenis en kunstgeschiedenis. Tegelijkertijd financierde het CRBEF ruimhartig onderzoek in België. Zij verleende subsidies aan de [[Universitaire Stichting]], de universiteiten van [[universiteit van Leuven|Leuven]] en [[Universiteit van Brussel|Brussel]]
 +
<ref>  In 1921 kende de CRBEF 100.000 BF toe aan de ULB en de KUL. In 1922 kende zij niet minder dan 1.500.000 BF toe aan de ULB voor de bouw van de Solbosch-campus en in 1923 nog eens 50.000 BF aan de KUL voor de heropbouw van haar tijdens de oorlog vernielde bibliotheek. Ten slotte was het CRBEF de drijvende kracht achter de oprichting, in 1926, van de ''Hoover Foundation for the Development of the Free University of Brussels'' en de ''Hoover Foundation for the Development of the Free University of Louvain''.</ref>
 +
, het [[Instituut voor Tropische Geneeskunde-Institut de Médecine Tropicale|Instituut voor Tropische Geneeskunde]] en de [[Francqui-stichting]]. Ten slotte organiseerde het CRBEF tot 1924 ook onderwijsprogramma's voor kinderen uit kansarme milieus.
 +
 
 +
 
 +
===Bibliografie===
 +
* Halleux R., (dir.), ''Histoire des sciences en Belgique (1815-2000)'', t. I (1815-1927), Bruxelles, La Renaissance du Livre, 2001. 
 +
* Nash G. H., « Herbert Hoover’s Contribution to the Reconstruction of Belgium after World War I » in Tallier P.-A., Nefors P. (éd.), ''Quand les canons se taisent : actes du colloque international organisé par les Archives de l’État et le Musée royal de l’Armée et d’Histoire militaire (Bruxelles, 3-6 novembre 2008)'', Bruxelles, AGR, 2010, p. 363-401.
 +
* Ranieri L., ''Émile Francqui ou l’intelligence créatrice'', Paris, Duculot, 1985.
 +
 
 +
 
 +
===Noten===
 +
 
 +
<references/>

Latest revision as of 14:46, 24 January 2023

Historiek

In 1914 werd de Amerikaanse zakenman Herbert Hoover gekozen als voorzitter van de Commissie voor Hulpverlening in België (CRB) en organiseerde hij hulp voor de Belgische bevolking. Hij richtte een organisatie op voor de aankoop en het transport van essentiële levensmiddelen, gezamenlijk geleverd door de Belgische en Amerikaanse regering. [1] Hij werkte samen met de Belgische bankier Emile Francqui, die op zijn beurt op ons grondgebied een "Nationaal Hulp- en Voedingscomité" organiseerde, belast met de ontvangst van voedsel uit Amerika en de verdeling ervan onder de bevolking. Deze onderneming nam een ongekende omvang aan. De CRB ging na verloop van tijd zelfs een eigen onafhankelijk leven leiden als een soort hulp verlenende republiek met een eigen vlag, vloot, fabrieken, molens en een spoorwegnetwerk.


Aan het einde van de Eerste Wereldoorlog beschikte de organisatie nog over aanzienlijke middelen. Hoover besloot dit geld te gebruiken voor het herstel van België en investeerde in de universiteiten van het land. Francqui en Hoover richtten via hun respectievelijke instituties, de CRB en het Nationaal Hulp- en Voedingscomité in 1920 de Universitaire Stichting en de Commission for Relief in Belgium Educational Foundation Incorporation (CRBEF) op. Deze in New York gevestigde filantropische stichting werd in 1920 opgericht en in 1938 omgedoopt tot de Belgisch-Amerikaanse Onderwijsstichting (BAEF). De raad van bestuur bestond in gelijke delen uit vertegenwoordigers van de Verenigde Staten en België. Deze filantropische stichting bestaat nog steeds en had tot taak het begrip tussen beide landen te bevorderen door middel van subsidies aan de Belgische wetenschappelijke wereld (vergelijkbaar met die van de Universitaire Stichting), alsmede door een systeem van beurzen voor de uitwisseling van studenten. Dit programma bestaat nog steeds.[2]


De eerste Belgen staken in januari 1920 de Atlantische Oceaan over op beurzen van de Stichting Hulp aan België Onderwijs. Het programma won snel aan kracht: aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog had bijna een kwart van de professoren en onderzoekers aan de faculteiten wetenschappen, geneeskunde en bedrijfskunde in België een deel van hun studie in de Verenigde Staten gedaan. [3] In omgekeerde richting was het aantal aanvragers kleiner en bestond het voornamelijk uit studenten literatuur, geschiedenis en kunstgeschiedenis. Tegelijkertijd financierde het CRBEF ruimhartig onderzoek in België. Zij verleende subsidies aan de Universitaire Stichting, de universiteiten van Leuven en Brussel [4] , het Instituut voor Tropische Geneeskunde en de Francqui-stichting. Ten slotte organiseerde het CRBEF tot 1924 ook onderwijsprogramma's voor kinderen uit kansarme milieus.


Bibliografie

  • Halleux R., (dir.), Histoire des sciences en Belgique (1815-2000), t. I (1815-1927), Bruxelles, La Renaissance du Livre, 2001.
  • Nash G. H., « Herbert Hoover’s Contribution to the Reconstruction of Belgium after World War I » in Tallier P.-A., Nefors P. (éd.), Quand les canons se taisent : actes du colloque international organisé par les Archives de l’État et le Musée royal de l’Armée et d’Histoire militaire (Bruxelles, 3-6 novembre 2008), Bruxelles, AGR, 2010, p. 363-401.
  • Ranieri L., Émile Francqui ou l’intelligence créatrice, Paris, Duculot, 1985.


Noten

  1. Robert Halleux, Geert Vanpaemel, Jan Vandersmissen en Andrée Despy-Meyer (red.), Geschiedenis van de wetenschappen in België 1815-2000, Brussel: Dexia/La Renaissance du livre, 2001, vol. 1 p. 82.
  2. Hoover's Legacy geconsulteerd op 08/07/2010 om 13u10.
    Zie ook: https://baef.be/baef-history/ , geconsulteerd op 24/01/2023.
  3. Ranieri L., Émile Francqui ou l’intelligence créatrice, Paris, Duculot, 1985, p. 311.
  4. In 1921 kende de CRBEF 100.000 BF toe aan de ULB en de KUL. In 1922 kende zij niet minder dan 1.500.000 BF toe aan de ULB voor de bouw van de Solbosch-campus en in 1923 nog eens 50.000 BF aan de KUL voor de heropbouw van haar tijdens de oorlog vernielde bibliotheek. Ten slotte was het CRBEF de drijvende kracht achter de oprichting, in 1926, van de Hoover Foundation for the Development of the Free University of Brussels en de Hoover Foundation for the Development of the Free University of Louvain.