Difference between revisions of "Coppens, Albert (1885-1966)"
(→Biografie) |
m |
||
(21 intermediate revisions by 3 users not shown) | |||
Line 1: | Line 1: | ||
− | [[category:Wetenschappers]][[category:Geboorte | + | <div style="text-align:right;">[http://www.bestor.be/wiki/index.php/Coppens,_Albert_(1885-1966) FR]</div>Ingenieur en werktuigkundige, geboren te Ardooie op 6 augustus 1885 en overleden te Brussel op 7 juni 1966. |
+ | [[category:Wetenschappers]][[category:Geboorte 1876-1900]][[category:Ingenieurs]] [[category: Elektrotechnische Ingenieurs]] [[category: Burgerlijk Bouwkundige Ingenieurs]] [[category: Professoren]] [[category: Professor aan de KUL-UCL]][[category: Leden KVAB]]<br/> | ||
− | + | ===Biografie=== | |
− | + | Coppens verhuisde op jonge leeftijd naar Oostende omdat zijn vader, die vrederechter was, naar deze stad was overgeplaatst. De jonge Coppens studeerde er Grieks en Latijn aan het plaatselijke college. In 1904 ging hij over naar de [[Universiteit van Leuven]]. Vijf jaar later behaalde hij het diploma van burgerlijk bouwkundig ingenieur en in 1911 volgde een diploma elektrotechnisch ingenieur.<ref> Bouckaert, L., "In Memoriam Albert Coppens", In: ''Jaarboek 1966'', Brussel: KVAB, p.295.</ref> Coppens was ondertussen door de Leuvense universiteit in 1910 tot docent en het daaropvolgende jaar tot buitengewoon hoogleraar benoemd. Hij doceerde werktuigdynamica. In de oorlogsjaren, toen het universiteitsleven stilviel, werkte hij als Designer and Assistant Engineer bij de afdeling stoomturbines van de British Thomson-Houston te Rugby (1915 tot 1918). In het laatste jaar voor de Wapenstilstand leidde hij de proeven aan de motoren van het Consortium des Constructeurs d’avions in Levallois-Perre. | |
− | === | + | <br/>In 1919 keerde Coppens naar de Universiteit van Leuven terug. Tegelijkertijd trad hij in dienst als hoofd van het onderzoekslaboratorium voor motorrijtuigen van F.N. in Herstal. Deze post zegde hij al in 1926 op, omdat ze niet te combineren viel met de nieuwe functie als hoofd van de [[Thermotechnisch Laboratorium]] die hij nu ontving. Het [[Thermotechnisch Laboratorium]] viel onder de [[Speciale Scholen]] van de KUL (de huidige Faculteit Ingenieurswetenschappen). Coppens was nauw betrokken bij de oprichting van dit laboratorium. Hij ondernam hiervoor studiereizen naar instituten in Zürich, Delft en België. Na deze studiereizen benadrukte hij het belang van een adequate hoogte van het gebouw en de aanwezigheid van voldoende lichtinval, verwarmingsystemen, pompen, ventilatie, kantoren en opbergruimtes. Het gebouw zelf werd uitgetekend door architect Emile Goethals, maar de binnenruimtes werden door Coppens zelf en zijn collega [[Daubresse, Paul (1872-1957)|Paul Daubresse]] ingedeeld.<ref> [http://18april.icomos.org/index.php/2009/Theme-2009/belgium-thermo.html Website The International Day for Monuments and Sites] geconsulteerd op 23/06/2010 om 12u.</ref> |
+ | De machines, waarvoor zij de specificaties hadden uitgeschreven, waren uniek met talrijke didactische verfijningen. Deze machinecollectie werd lange tijd gebruikt voor de opleiding van ingenieursstudenten. De practica werden geleid door Coppens, later opgevolgd door [[Van der Waeteren (-)|Theo Van der Waeteren]].<ref> [http://www.hangarflying.be/index.php?action=view&id=87&module=newsmodule&src=%40random4964b1c4d1833 Website Hangar Flying] geconsulteerd op 23/06/2010 om 11u30.</ref> In 1947 slaagde Coppens er bovendien als eerste in om een Britse straalmotor te verwerven. Deze motor werd opgenomen in de [http://www.mech.kuleuven.be/en/tme/research/Thermotech/ThermoInst/JetEng collectie] van het Instituut. Ook ontving hij van F.N. twee straalmotoren. Dit was mogelijk dankzij zijn goede contacten met deze firma. | ||
− | + | <br/>Coppens werd op 13 oktober 1945 corresponderend lid aan de [[Académie royale des sciences des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique - Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten|Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten]] en werkend lid op 11 september 1948. | |
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
Daarnaast was hij lid van het Institution of Mechanical Engineers (Londen) en de Society of Automative Engineers (New York). | Daarnaast was hij lid van het Institution of Mechanical Engineers (Londen) en de Society of Automative Engineers (New York). | ||
− | Op 11 maart 1931 werd op zijn iniatief de Cercle Universitaire Catholique de Vol sans Moteur opgericht. <ref> [http://www.aeroclub.student.kuleuven.ac.be/luac/geschiedenis/het_begin.htm Website Leuvens Universitaire AERO-CLUB] geconsulteerd op 23/06/2010 om 14u.</ref><br/> | + | Op 11 maart 1931 werd op zijn iniatief de Cercle Universitaire Catholique de Vol sans Moteur opgericht. <ref> [http://www.aeroclub.student.kuleuven.ac.be/luac/geschiedenis/het_begin.htm Website Leuvens Universitaire AERO-CLUB] geconsulteerd op 23/06/2010 om 14u.</ref> |
− | Hij overleed na een slepende ziekte | + | |
+ | <br/>In 1957 werd Coppens toegelaten tot het emeritaat.<ref> Bouckaert, L.,"In Memoriam Albert Coppens", In: ''Jaarboek 1966'', Brussel: KVAB, p.295.</ref> Hij overleed negen jaar later na een slepende ziekte. | ||
+ | |||
<br/> | <br/> | ||
===Werken=== | ===Werken=== | ||
+ | Coppens was gespecialiseerd in de werktuigkunde en bestudeerde vooral de praktische problemen bij de bouw en de werking van motoren (zuigmotoren, stermotoren, diesel en reactiemotoren).<ref> "Coppens Albert", In: ''De Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten en haar leden'', Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten, 2010, p.41. </ref> Zijn belangrijkste werk valt in de periode 1930-1935 en hield verband met het uitbalanceren van zuigmotoren. Hij schreef de bewegingsvergelijking van heel het bewegend systeem dat uit de zuiger, drijfstang, krukas en tegenwicht bestaat. Hij berekende hierbij de reactiekrachten die op het frame aangrijpen. | ||
+ | Bovendien berekende hij voor een ingewikkeld systeem als een stermotor een eenvoudige uitbreiding van deze formule. | ||
+ | |||
+ | <br/>Door de sterke opkomst van de reactiemotoren in de vliegtuigindustrie, verplaatste Albert Coppens zijn onderzoek naar de reactiemotoren. Hij liet twee reactiemotoren werken in zijn laboratorium. | ||
+ | |||
+ | <br/>Daarnaast maakte hij studies van brandstoffen zowel op economisch als op thermodynamisch gebied, bijvoorbeeld over de vraag of een dieselmotor kan functioneren met palmolie.<ref> Bouckaert, L., "In Memoriam Albert Coppens", In: ''Jaarboek 1966'', Brussel: KVAB, p.296.</ref><br/> | ||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
<br/> | <br/> | ||
− | |||
===Publicaties=== | ===Publicaties=== | ||
* "Etude de l’équilibrage des moteurs en étoile", In: ''Congrès national des sciences'', 2de, Brussel, 19 - 23 juni 1935, Brussel: Hayez, 1935. | * "Etude de l’équilibrage des moteurs en étoile", In: ''Congrès national des sciences'', 2de, Brussel, 19 - 23 juni 1935, Brussel: Hayez, 1935. | ||
− | * | + | * Een korte lijst met publicaties in: Bouckaert, L., "In Memoriam Albert Coppens", In: ''Jaarboek 1966'', Brussel: KVAB, p.296-297. |
− | |||
+ | <br/> | ||
===Bibliografie=== | ===Bibliografie=== | ||
− | + | * Bouckaert, L., "In Memoriam Albert Coppens", In: ''Jaarboek 1966'', Brussel: KVAB, p.295-296. | |
− | * L., | ||
* "Coppens Albert", In: ''De Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten en haar leden'', Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten, 2010, p.41. | * "Coppens Albert", In: ''De Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten en haar leden'', Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten, 2010, p.41. | ||
*[http://www.hangarflying.be/index.php?action=view&id=87&module=newsmodule&src=%40random4964b1c4d1833 Website Hangar Flying] geconsulteerd op 23/06/2010 om 11u30. | *[http://www.hangarflying.be/index.php?action=view&id=87&module=newsmodule&src=%40random4964b1c4d1833 Website Hangar Flying] geconsulteerd op 23/06/2010 om 11u30. | ||
Line 44: | Line 39: | ||
* [http://www.mech.kuleuven.be/en/tme/research/Thermotech/ThermoInst/JetEng Website Jetengines KULeuven] geconsulteerd op 23/06/2010 om 14u.15. | * [http://www.mech.kuleuven.be/en/tme/research/Thermotech/ThermoInst/JetEng Website Jetengines KULeuven] geconsulteerd op 23/06/2010 om 14u.15. | ||
* [http://www.aeroclub.student.kuleuven.ac.be/luac/geschiedenis/het_begin.htm Website Leuvens Universitaire AERO-CLUB] geconsulteerd op 23/06/2010 om 14u. | * [http://www.aeroclub.student.kuleuven.ac.be/luac/geschiedenis/het_begin.htm Website Leuvens Universitaire AERO-CLUB] geconsulteerd op 23/06/2010 om 14u. | ||
− | <br/> | + | <br/> |
+ | |||
===Nota’s=== | ===Nota’s=== | ||
<references/> | <references/> |
Latest revision as of 13:29, 30 September 2014
Ingenieur en werktuigkundige, geboren te Ardooie op 6 augustus 1885 en overleden te Brussel op 7 juni 1966.Biografie
Coppens verhuisde op jonge leeftijd naar Oostende omdat zijn vader, die vrederechter was, naar deze stad was overgeplaatst. De jonge Coppens studeerde er Grieks en Latijn aan het plaatselijke college. In 1904 ging hij over naar de Universiteit van Leuven. Vijf jaar later behaalde hij het diploma van burgerlijk bouwkundig ingenieur en in 1911 volgde een diploma elektrotechnisch ingenieur.[1] Coppens was ondertussen door de Leuvense universiteit in 1910 tot docent en het daaropvolgende jaar tot buitengewoon hoogleraar benoemd. Hij doceerde werktuigdynamica. In de oorlogsjaren, toen het universiteitsleven stilviel, werkte hij als Designer and Assistant Engineer bij de afdeling stoomturbines van de British Thomson-Houston te Rugby (1915 tot 1918). In het laatste jaar voor de Wapenstilstand leidde hij de proeven aan de motoren van het Consortium des Constructeurs d’avions in Levallois-Perre.
In 1919 keerde Coppens naar de Universiteit van Leuven terug. Tegelijkertijd trad hij in dienst als hoofd van het onderzoekslaboratorium voor motorrijtuigen van F.N. in Herstal. Deze post zegde hij al in 1926 op, omdat ze niet te combineren viel met de nieuwe functie als hoofd van de Thermotechnisch Laboratorium die hij nu ontving. Het Thermotechnisch Laboratorium viel onder de Speciale Scholen van de KUL (de huidige Faculteit Ingenieurswetenschappen). Coppens was nauw betrokken bij de oprichting van dit laboratorium. Hij ondernam hiervoor studiereizen naar instituten in Zürich, Delft en België. Na deze studiereizen benadrukte hij het belang van een adequate hoogte van het gebouw en de aanwezigheid van voldoende lichtinval, verwarmingsystemen, pompen, ventilatie, kantoren en opbergruimtes. Het gebouw zelf werd uitgetekend door architect Emile Goethals, maar de binnenruimtes werden door Coppens zelf en zijn collega Paul Daubresse ingedeeld.[2]
De machines, waarvoor zij de specificaties hadden uitgeschreven, waren uniek met talrijke didactische verfijningen. Deze machinecollectie werd lange tijd gebruikt voor de opleiding van ingenieursstudenten. De practica werden geleid door Coppens, later opgevolgd door Theo Van der Waeteren.[3] In 1947 slaagde Coppens er bovendien als eerste in om een Britse straalmotor te verwerven. Deze motor werd opgenomen in de collectie van het Instituut. Ook ontving hij van F.N. twee straalmotoren. Dit was mogelijk dankzij zijn goede contacten met deze firma.
Coppens werd op 13 oktober 1945 corresponderend lid aan de Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten en werkend lid op 11 september 1948.
Daarnaast was hij lid van het Institution of Mechanical Engineers (Londen) en de Society of Automative Engineers (New York).
Op 11 maart 1931 werd op zijn iniatief de Cercle Universitaire Catholique de Vol sans Moteur opgericht. [4]
In 1957 werd Coppens toegelaten tot het emeritaat.[5] Hij overleed negen jaar later na een slepende ziekte.
Werken
Coppens was gespecialiseerd in de werktuigkunde en bestudeerde vooral de praktische problemen bij de bouw en de werking van motoren (zuigmotoren, stermotoren, diesel en reactiemotoren).[6] Zijn belangrijkste werk valt in de periode 1930-1935 en hield verband met het uitbalanceren van zuigmotoren. Hij schreef de bewegingsvergelijking van heel het bewegend systeem dat uit de zuiger, drijfstang, krukas en tegenwicht bestaat. Hij berekende hierbij de reactiekrachten die op het frame aangrijpen. Bovendien berekende hij voor een ingewikkeld systeem als een stermotor een eenvoudige uitbreiding van deze formule.
Door de sterke opkomst van de reactiemotoren in de vliegtuigindustrie, verplaatste Albert Coppens zijn onderzoek naar de reactiemotoren. Hij liet twee reactiemotoren werken in zijn laboratorium.
Daarnaast maakte hij studies van brandstoffen zowel op economisch als op thermodynamisch gebied, bijvoorbeeld over de vraag of een dieselmotor kan functioneren met palmolie.[7]
Publicaties
- "Etude de l’équilibrage des moteurs en étoile", In: Congrès national des sciences, 2de, Brussel, 19 - 23 juni 1935, Brussel: Hayez, 1935.
- Een korte lijst met publicaties in: Bouckaert, L., "In Memoriam Albert Coppens", In: Jaarboek 1966, Brussel: KVAB, p.296-297.
Bibliografie
- Bouckaert, L., "In Memoriam Albert Coppens", In: Jaarboek 1966, Brussel: KVAB, p.295-296.
- "Coppens Albert", In: De Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten en haar leden, Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten, 2010, p.41.
- Website Hangar Flying geconsulteerd op 23/06/2010 om 11u30.
- Website The International Day for Monuments and Sites geconsulteerd op 23/06/2010 om 12u.
- Website Jetengines KULeuven geconsulteerd op 23/06/2010 om 14u.15.
- Website Leuvens Universitaire AERO-CLUB geconsulteerd op 23/06/2010 om 14u.
Nota’s
- ↑ Bouckaert, L., "In Memoriam Albert Coppens", In: Jaarboek 1966, Brussel: KVAB, p.295.
- ↑ Website The International Day for Monuments and Sites geconsulteerd op 23/06/2010 om 12u.
- ↑ Website Hangar Flying geconsulteerd op 23/06/2010 om 11u30.
- ↑ Website Leuvens Universitaire AERO-CLUB geconsulteerd op 23/06/2010 om 14u.
- ↑ Bouckaert, L.,"In Memoriam Albert Coppens", In: Jaarboek 1966, Brussel: KVAB, p.295.
- ↑ "Coppens Albert", In: De Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten en haar leden, Koninklijke Vlaamse Academie van België voor wetenschappen en kunsten, 2010, p.41.
- ↑ Bouckaert, L., "In Memoriam Albert Coppens", In: Jaarboek 1966, Brussel: KVAB, p.296.