Stappers, Louis (1883-1916)

From Bestor_NL
Revision as of 14:18, 25 March 2021 by Bestor (talk | contribs)
Jump to: navigation, search
Bron: Van Oye, P., Geschiedenis van de ontwikkeling der hydrobiologie in België, Brussel, 1967.

(Mariene) bioloog, geboren op 2 mei 1883 in Hasselt en gestorven op 30 december 1916 in Calais.


Biografie

De jonge Louis groeide op in het vierkoppig, welstellend gezin van stadssecretaris Emiel Stappers en Wilhelmina Martens. Hij liep school in het Atheneum van Hasselt en trok daarna naar de Universiteit van Leuven, waar hij het diploma van doctor in de Geneeskunde in de wacht sleepte. Toch ging zijn voorliefde gaandeweg meer uit naar het natuurwetenschappelijk onderzoek. Hij besloot om zijn geneeskundediploma met een opleiding tot doctor in de Natuurwetenschappen aan te vullen. Onder invloed van een van zijn docenten, de hoogleraar dierkunde Gustave Gilson, ontwikkelde Stappers een bijzondere passie voor de mariene zoölogie. Gilson genoot bekendheid als grondleger van de oceanografie in België. Hij was een groot bepleiter van de laboratoriumaanpak voor het dierkundig onderzoek, maar ook voor de studie van dieren in relatie tot hun milieu. Hij had daarom in de gebouwen van de Oostendse oesterkweker Stichert-Stracké & Cie een bescheiden maar goed uitgerust 'veldstation' met laboratoriummateriaal, aquaria en proefbassins opgericht. Stappers benoemde hij tot zijn assistent. De mannen wijdden zich aan oceanografisch onderzoek, maar bogen zich ook over het vraagstuk van de zuivering van oesters, dit laatste in samenwerking met het Laboratoire du Service de Santé. Tijdens de zomer beschikte Gilson bovendien over een schip voor zijn vangsten, peilingen en waarnemingen op zee. Als assistent ging Stappers mee op Gilsons talrijke studietochten in de Zuidelijke bocht van de Noordzee. Hij nam er vooral het hydrografisch onderzoek en de studie van plankton voor zijn rekening.


In 1907 kon Stappers intekenen voor een expeditie van het schip de Belgica, onder leiding van Philippe, hertog van Orléans en de ondertussen beroemde kapitein Adrien de Gerlache. De Gerlache selecteerde de wetenschappelijke teams voor zijn expedities steeds met zorg. Meestal koos hij voor jonge, maar veelbelovende onderzoekers. Voor het vinden van kandidaten beriep de Gerlache zich op zijn netwerk van contacten in de academische wereld. Onder hen behoorde ook Gilson. Hij was het die de Gerlaches aandacht op zijn jonge pupil vestigde.[1] Gilson deed dit niet zomaar. Niet alleen zou zijn pupil en gedoodverfde opvolger Stappers unieke ervaring opdoen, maar als leermeester verschafte Gilson zich ook een rechtstreekse toegang tot de - hopelijk - rijke oogst van wetenschappelijk materiaal.


Stappers (links) met Adrien de Gerlache aan boord van de Belgica, 1907. Bron: Duc d'Orléans, La revanche de la banquise: un été de dérive dans la mer de Kara, Parijs, 1909.
Aan boord van de Belgica bestudeerde Stappers de noordelijke IJszee, de Karazee en de kusten van Nova Zembla. In de Karazee, waar het team zou peilen naar de bodemdieptes, zat de Belgica een tijdlang in het pakijs gevangen. Dat jaar was er bijzonder zware ijsvorming. Pas toen het ijs begon te smelten kon de Belgica zich bevrijden en de terugtocht aanvatten. Het schip arriveerde op 21 september in de haven van Hammerfest in Noorwegen.


Zijn deelname aan de expeditie legde de jonge bioloog geen windeieren. Hij had een schat aan ruwe data, stalen en specimens van nooit eerder onderzochte gebieden naar huis gebracht, waarmee hij zijn naam als geleerde kon vestigen. Net als de eerdere expeditieleden van de Belgica was daarmee ook voor Stappers een beloftevolle carrière in de wetenschappen verzekerd. Ook voor Gilson leverde Stappers' expeditie het verwachte succes op. Hij was immers degene die door de hertog werd aangeduid om zich te ontfermen over het verzamelden studiemateriaal. Stappers zelf schreef een aantal van zijn bevindingen neer in Campagne Arctique de 1907. Notes biologiques (1908) en Crustacés malacostracés (1911).


In 1911 vertrok de bioloog opnieuw, ditmaal op een tweejarige expeditie naar Belgisch-Congo, en ondertussen inderdaad gepromoveerd tot hoofd van de missie. Stappers' team onderzocht er in opdracht van het ministerie van Koloniën de levensvoorwaarden in de Congolese wateren met het oog op de visserijexploitatie ervan. Door zijn vaststellingen en gegevens kon de eerste topografische kaart van de hoogtes van het Moëromeer en een reliëfkaart van de bodem worden opgesteld. Daarmee legde Stappers de grondslag van de visnijverheid van het Moëro- en Tanganykameer en van de Lualaba. Hij verzamelde er ook rijke collecties invertebraten, vissen en plankton. Bij zijn terugkeer werd de avonturier-wetenschapper benoemd aan het Koninklijk Natuurhistorisch Museum in dienst van Gilson. Hij werd er belast met de studie van schaaldieren. Hij werkte ook verder in Gilsons marien laboratorium in Oostende.


Tijdens de Eerste Wereldoorlog trad Stappers als geneesheer in militaire dienst. Ziekte dwong hem echter het front te verlaten. Hij stierf in 1916, in het militair hospitaal van Calais aan de gevolgen van een herseninfectie en een nierontsteking. Zijn vroege heengaan, op 33-jarige leeftijd, werd door collega-biologen als een groot verlies beschouwd, omdat hij de ontzaglijke hoeveelheid op de Belgica-expeditie verzameld materiaal niet had kunnen verwerken. Ook het marien laboratorium van Gilson, dat ondertussen onder de naam Zeewetenschappelijk Instituut opnieuw was opgericht, kwam na de dood van deze laatste in een leidersvacuüm terecht, omdat Gilson na Stappers' overlijden geen nieuwe rechterhand meer had opgeleid. Stappers werd aanvankelijk in Calais begraven, maar zes jaar later zette men hem bij in de familiegrafkelder op het Oud Kerkhof in zijn geboortestad. Zijn naam wordt ook vermeld op het Oorlogsmonument aan het Koninklijk Atheneum in Hasselt.


Stappers was medewerker bij het Conseil International pour l'Exploration de la Mer, waar hij het hydrografisch en planktononderzoek voor rekening nam.


Publicaties

Stappers publiceerde in zijn korte wetenschapsloopbaan toch een groot aantal studies. Van zijn hand zijn onder meer bekend:

  • Campagne Arctique de 1907. Notes biologiques, Brussel, 1908.
  • Les Sympodes recueillis à la Porte de Kara durant la croisière du Duc d'Orléans en 1907, Parijs, 1908.
  • Notes sur la nourriture de quelques vertébrés arctiques, Brussel, 1909.
  • Recherches anatomiques sur le tube digestif des sympodes, 1909
  • Campagne arctique de 1907: crustacés malacostracés, 1911.
  • "Experiences de peche faites au lac Moero" in: La Revue Congolaise, 2,(1912), nr. 1, 395-7.
  • La flotille indigène et les lacs Moéro et Tanganika, Brussel, 1913.
  • Sondages dans le lac Tanganika, Brussel, 1913.
  • Note sur les variations saisonnières de l'embouchure de la Lobozi, affluant du lac Tanganika, Brussel, 1913.
  • Note sur les variations saisonnières de l'embouchure de la Lobozi, affluent du lac Tanganika, Brussel, 1913.
  • Recherches Bathymétriques sur les lacs Moéro et Tanganika, Brussel, 1914.
  • Composition, analyse et étude des produits de la colonie: composition chimique de l'eau de surface des lacs Moéro et Tanganika, s.d., s.l.
  • Exploration scientifique de Dr. L. Stappers aux lacs Moéro et Tanganika (1911-1913). I: recherches Bathymétriques sur les lacs Moéro et Tanganika, Brussel, 1914.
  • Composition, analyse et étude des produits de la Colonie, s.l., 1914.
  • La pêche dans les grands lacs Africains, Brussel, 1914.
  • La pêche dans les grands lacs Africains: conférence donnée à la Société Centrale, le 25 janvier 1914, Brussel, 1914.


Referenties

In dit artikel vindt men meer detailinformatie over Stappers' wetenschappelijk onderzoek en ook bibliografische referenties voor verdere opzoekingen over de figuur van Stappers.


Noten

  1. Meer details over deze reis zie "Wetenschatten. Historische figuren van het zeewetenschappelijk onderzoek. Louis Stappers", Vliz Information Sheets, 2014.