Institut Astrophysique - Universiteit Luik
Of: Astrofysisch Instituut. Later hernoemd tot Institut d’Astrophysique et de Géophysique Onderzoeks- en onderwijsinstelling voor astronomie, astrofysica en meteorologie aan de Universiteit van Luik, gecreëerd in 1880-1882. Maakt deel uit van de Instituts Trasenster. ONDER CONSTRUCTIE
Oprichting
In de jaren 1860-1870 vonden experiment en practica ingang aan de wetenschapsfaculteiten van de Belgische universiteiten. Lichtend voorbeeld was Duitsland, waar het experimentalistisch model, weg van ex cathedra onderwijs, al eerder was doorgebroken. Belgische hoogleraren richtten op eigen initiatief laboratoria voor onderwijs en onderzoek in. Meestal kregen ze hiervoor echter slechts bescheiden, slecht uitgeruste achterlokalen of benepen ruimten ter beschikking, of ontvingen ze studenten noodgedwongen in hun huislaboratorium.
In het laatste kwart van de negentiende eeuw werd het ook de beleidsmakers duidelijk dat deze schamele wetenschapsinfrastructuur niet meer voldeed. Onder stimulans van eerste minister Walthère Frère-Orban kwam de overheid in 1879 over de brug met een broodnodige injectie voor haar beide rijksuniversiteiten Gent en Luik. De Universiteit van Luik ving een flink deel van de koek: bijna 3 miljoen van de in totaal 4,5 miljoen frank subsidies. Dit was deels te danken aan de tussenkomst van de liberaalgezinde rector Louis Trasenster. Daarmee brak de bouwperiode van imposante wetenschapspaleizen aan. Deze bevestigden en ondersteunden het toegenomen prestige van de natuurwetenschappelijke disciplines in het laatste kwart van de eeuw.
Op aanmoediging van Walthère Spring koos het Luikse universiteitsbestuur voor een ambitieus infrastructuurplan met, naar Duits voorbeeld, aparte gebouwen voor de verschillende afdelingen van de universiteit. Het astronomisch instituut stond als eerste op de bouwagenda. De zoektocht naar een geschikte site was niet evident: hoge bebouwing en vooral vuile fabrieksdampen van de plaatselijke siderurgie konden de observatieoefeningen van de astronomen verhinderen. Daarom werd gekozen voor een site net buiten de stad, op de heuvel van Cointe. Hoog verheven, temidden van een weelderig park dat het jaar tevoren door de Belgische overheid was aangekocht, werd in 1880 de eerste steen van het nieuwe instituut gelegd.
Stadsarchitect Lambert Noppens nam de uitvoering voor zijn rekening. Naar het voorbeeld van de Duitse wetenschapspaleizen besteedde ook hij veel aandacht aan de architectuur van het gebouw. Er werd gekozen voor een neogotische uitvoering. Deze stijl was in Luik erg in trek en was recent ook gebruikt in het nieuwe postgebouw en het Palais du Gouverneur. Voor een kennisinstituut echter was de middeleeuws aandoende bouwstijl eerder ongebruikelijk – gewoonlijk koos men voor classicisme. De uitvoering gebeurde in bijpassende rode baksteen en kalksteen (of kalktuf). Samen met de drie torentjes en de schitterende locatie hadj het pand dan ook eerder een luxueuze, wereldse uitstraling dan een antikiserend, verheven aura.
In 1882 (?) kon het pand in gebruik genomen worden. Het instituut bouwen bleek makkelijker dan het vullen. Een mogelijke oorzaak daarvan was de hoge kostprijs van astronomische instrumenten. Bovendien twijfelde men aan het nut om observaties te doen in een zo vervuild industriegebied. In 1892 schreef Charles Comhaire in ieder geval dat het instituut tot dan toe, bij gebrek aan uitrusting, weinig gebruikt was. De benoeming van hoogleraar François Folie aan het Observatorium van Brussel in 1885 had de situatie nog bemoeilijkt: de verdere inrichting van de infrastructuur was erdoor komen stil te vallen. Bovendien had Folie bij zijn vertrek de meeste instrumenten met zich meegenomen naar Brussel.
Verder verloop
In 2002 verhuisde het Institut d’Astrophysique et de Géophysique als een van de laatsten naar de Campus Sart-Tilman. In 2008 werden renovatiewerken aan het gebouw van het voormalig instituut gestart. Vandaag herbergt het neogotische gebouw het kantoor van de Société Astronomique de Liège.
Eerste directeurs/hoofden
Locatie
Het instituut bevindt zich in het park van Cointe. Het huidig adres is Avenue de Cointe 5.
Bibliografie
- Comhaire, Charles, Université de Liège. Esquisse historique sur les bâtiments universitaires, Luik, 1892.
- Collignon, A., "A l’origine des grands Instituts universitaires liégeois: le vieux “Quartier de Bêche”", in: Revue médicale de Liège, 41 (1986), 755-775.
- Gabriel, G., "L’extension de l’Université sur la rive droite à la fin du 19è siècle", in: Revue médicale de Liège, 41 (1986), 776-778.
- Claude, Jacqueline, Doppagne, Philippe, Duquenne-Herla, Kathleen (e.a.), Liber memorialis 1967-1992, Université de Liège, Luik, 1993.
- Hamoir, G., Frère-Orban (1812-1896) et l’Université de Liège? Club Universitaire Réforme et Liberté, Luik, 1996.
- Le mouvement scientifique en Belgique 1830-1905, volume 1, Luik, 1907.