Instituut voor Wetenschappelijk Onderzoek in Centraal Afrika-Institut pour la Recherche scientifique en Afrique centrale
Belgisch wetenschappelijk instituut opgericht in 1947, met als doel het financieren en coördineren van onderzoek uitgevoerd door Belgische of buitenlandse wetenschappers in de Belgische kolonies, en het opzetten van onderzoekscentra ter plaatse, met een nadruk op fundamenteel onderzoek.
Afkorting: IWOCA.
Frans: Institut pour la Recherche scientifique en Afrique centrale (IRSAC)
Historiek
Het Instituut voor Wetenschappelijk Onderzoek in Centraal-Afrika werd op 1 juli 1947 opgericht door een decreet van de Regent Charles, dat uitzonderlijk werd ondertekend in Leopoldstad, op Congolese bodem. Dit kleine detail is betekenisvol. De zware oorlogsinspanning die door de metropool was geëist, lokte een grote onvrede uit bij zowel kolonisten als Congolezen. De contestatie dwong de Belgische regering tot een nieuwe golf van investeringen in de kolonie én tot een vernieuwing van de wetenschappelijke infrastructuur. In een tijd waarin het Britse en Franse rijk begonnen af te brokkelen werd wetenschap in Congo gepresenteerd als de oplossing voor de koloniale crisis. Het oordeel van Louis Van den Berghe, eerste directeur van het IWOCA over de verdiensten van de koloniale onderneming was dan ook hard: 'Dans un continent qui n’a été développé qu’au XXème siècle, la science aurait dû précéder l’action plus que partout ailleurs. Il n’en fut rien, hélas.'[1]
Zicht vanuit de lucht op het centrum van Lwiro. Bron: Institut pour la Recherche Scientifique en Afrique Centrale, Treizième rapport annuel, Bukavu, 1960-1964. |
De Belgische kolonisten waren zelf vragende partij voor een nieuwe koloniale wetenschappelijke onderzoeksinstelling. Het instituut werd tegelijkertijd met het Fonds du Bien-Être Indigène opgericht en deelde met deze laatste de ambitie om 'de materiële en morele ontwikkeling van het land, essentiële rechtvaardiging van onze Afrikaanse aanwezigheid' te verzekeren.[2] IWOCA droeg ook bij tot de vernieuwing van de Belgische koloniale wetenschappen, die in een toestand van verstarring en intellectuele endogamie waren terechtgekomen. Zo wilde directeur Van den Berghe bijzondere aandacht schenken aan interdisciplinariteit, fundamentele onderzoek en de menswetenschappen, nieuwe invalshoeken die volgens hem te lang verwaarloosd waren.
Werking
IWOCA was een instelling met rechtspersoonlijkheid, gefinancierd door de kolonie en giften van particulieren. Het werd geleid door een raad van bestuur en een directiecomité, bestaande uit een voorzitter, een vice-president en zeven leden van de raad van bestuur. Het koloniaal ministerie behield de voogdij over de instelling en had een permanente commissaris in de raad van bestuur. Het voorzitterschap werd toevertrouwd aan de Gentse filosoof Edgar De Bruyne (1898-1959) en het vice-voorzitterschap aan de Luikse geoloog Michel Legraye. De operationele leiding in Afrika werd echter toevertrouwd aan een persoon die door de raad van bestuur aan de regering was voorgesteld. Deze persoon was Louis Van den Berghe, professor aan de Instituut voor Tropische Geneeskunde en belangrijkste promotor en architect van IWOCA. Onder de eerste leden van het IWOCA telt men onder meer vertegenwoordigers van het oude netwerk van koloniale wetenschapsinstellingen zoals het Koninklijk Koloniaal Instituut, het Instituut voor tropische Geneeskunde Prins Leopold, de Koloniale Hogeschool en het NILCO, maar ook, en dit is nieuw, veel universiteitshoogleraren. Jean Willems vertegenwoordigde het NFWO.
Evenals het NFWO voldeed IWOCA aan haar missie om onderzoek te ondersteunen door subsidies te verlenen aan onderzoekers, instellingen en onderzoeksprojecten in Belgisch Afrika. Er werden wetenschappelijke commissies ingesteld om onderzoeksprogramma's op te zetten en subsidies te verlenen.
- Voedsel en voeding van de inheemse bevolking, onder het voorzitterschap van Edouard Bigwood
- Zoölogie, voorgezeten door Henri Koch
- Menswetenschappen, onder het voorzitterschap van Frans Maurits Olbrechts
- Pathologie van mens en dier, voorgezeten door Jérôme Rodhain
- Geofysica en Astronomie, onder het voorzitterschap van Paul Bourgeois
- Plantenbiologie, onder het voorzitterschap van Raymond Bouillenne
- Geologie, onder het voorzitterschap van Michel Legraye
Maar in tegenstelling tot het NFWO richtte IWOCA ook zelf onderzoekscentra op Afrikaanse bodem op, die vanuit Afrika aangestuurd werden. Deze centra, ondersteund door "mobiele laboratoria", werden geleid door uitvoerende afdelingen in heel België. Deze afdelingen werden bijgestaan door raadgevende commissies, samengesteld uit kolonisten (niet noodzakelijkerwijs academici), die zichzelf spontaan hadden opgegeven hiervoor. Het doel was om te profiteren van hun ervaring op het terrein. Evenzo was de ambitie van IWOCA om samen te werken met wetenschappelijke organisaties die al ter plaatse waren, religieuze missies en bedrijfsonderzoeksdiensten, om zo te profiteren van hun schat aan data-informatie, en om de onderzoeksinspanningen van al deze actoren te coördineren.
Al in juni 1948 arriveerde Louis Van den Berghe in Congo en begon er lokale centra op te zetten. Elk centrum stond onder leiding van een ‘chef de centre’ voor alle wetenschappelijke vragen en een ‘chef de poste’ voor financiële, materiële en administratieve aangelegenheden. De centra werden bij voorkeur gebouwd in gebieden die nog niet bestudeerd waren, voornamelijk de oostelijke provincies van Belgisch-Congo en Ruanda-Urundi. In 1960 waren er vijf:
De centra van IWOCA in 1956. Bron: Folia Scientifica Africae Centralis, 2 (1956), nr. 3 (30 september), cover. |
- Lwiro: hier was het zenuwcentrum van IWOCA gevestigd. Lwiro bevond zich niet ver van Bukavu, in Zuid-Kivu en was een plek die goed geschikt was voor ecologische en geologische waarnemingen. Het centrum ging van start in 1947, maar de infrastructuur was pas vanaf 1954 echt operationeel. Ingehuldigd in juli 1956. Lwiro huisvestte onderzoeksafdelingen in plantkunde, voeding, zoölogie, fysische chemie, seismologie, geofysica en culturele en sociale antropologie. Het omvatte ook de administratieve gebouwen van het IWOCA, 2500 m² laboratoria, woningen voor het wetenschappelijk en technisch personeel en gastenverblijven voor buitenlandse onderzoekers . Een grote omheining omsloot savannedieren. Het centrum bezat ook drie basisscholen en een middelbare school, een ziekenhuis, een kapel, een gemeenschapsruimte en een computerruimte. Een indrukwekkende bibliotheek herbergde niet minder dan 160.000 volumes boeken, evenals een verzameling Afrikaanse muziek- en taalopnames en een microfilmdienst.
- Uvira (Zuid-Kivu, aan de oevers van het Tanganyikameer), centrum gespecialiseerd in hydrobiologie en entomologie, ingehuldigd op 26 mei 1950.
- Astrida[3] (Rwanda), centrum gespecialiseerd in sociologie, antropologie en plantkunde, ingehuldigd op 27 mei 1950.
- Elisabethstad (Hoog-Katanga), centrum gespecialiseerd in biochemie en parasitologie. Het centrum werd voltooid in 1954 en zou een tijdlang zijn gebouwen ter beschikking stellen van de Officiële Universiteit van Belgisch-Congo en van Ruanda-Urundi die het daaropvolgende jaar werd opgericht.
- Mabali (Ecuador), centrum gespecialiseerd in plantkunde, ingehuldigd in 1954.
Naast deze centra bezat IWOCA onderzoeksstations in Irangi, Mimuli, Uwinka (Ruanda) en Mount Tumbwe (Hoog- Katanga). Tegen 1956 had het instituut niet minder dan 40 academici en assistenten en had het al 600 publicaties op zijn naam. Het centrum publiceerde ook een viermaandelijks tijdschrift, Folia Scientifica Africae Centralis.
In 1948 bereikte het IWOCA een overeenkomst met de Commission for Relief in Belgium: het instituut vormde zichzelf als de officiële vertegenwoordiger van de BAEF in Congo, en de BAEF vormde zichzelf als officiële vertegenwoordiger van de IWOCA in de Verenigde Staten. Zo konden Amerikaanse onderzoekers in Belgisch-Congo verblijven voor hun onderzoek, en konden IWOCA-onderzoekers hetzelfde doen aan de andere kant van de Atlantische Oceaan.
Dipenda
De administratieve gebouwen van het IWOCA in Lwiro. Bron: Folia Scientifica Africae Centralis, 1 (1955), nr. 1 (31 maart). |
Ondanks zijn versneld beleid van afrikanisering kreeg IWOCA in de nadagen van de Congolese onafhankelijkheid zware klappen te verduren. Het Instituut werd genationaliseerd en onder toezicht geplaatst van het nieuwe Ministerie van Nationale Educatie en Schone Kunsten. Directeur Van den Berghe nam eind 1961 ontslag en werd vervangen door een 'collège directoire' bestaande uit drie Europeanen en twee Afrikanen: MM. E. Berg, A. Kagohwa, Ch. Mashagiro, U. Rahm en G. Troupin. Dit college werd vervolgens vervangen door een nieuwe directeur, E. Demaeyer (1962), opgevolgd door U. Rahm (1963). Het administratief beheer werd toevertrouwd aan Ch. Mashagiro.
De onderzoekscentra ondergingen verschillende lotsbestemmingen. Dat van Mabali werd geëvacueerd en verlaten. Het centrum te Butare werd onder de verantwoordelijkheid van het Nationaal Instituut voor Wetenschappelijk Onderzoek van de Republiek Rwanda geplaatst. Dat van Elizabethstad ging over in handen van het Katangese bewind tot in 1963. Erger was het lot van het centrum te Lwiro. Dat werd in 1961 het slachtoffer van ernstige onrust in Kivu. De bibliotheek maakte een einde aan de aankopen van boeken, zegde de meeste van zijn abonnementen op en staakte de publicatie van de Folia Scientifica Africae Centralis. Toen in 1964 de Simba-opstand de Oostelijke Provincie in brand zette, werd het centrum van Lwiro bezet door de rebellen. Het onderzoekscentrum van Uvira werd op dit moment verwoest.
Uit angst voor hun leven en eigendommen sloegen de meeste Europese onderzoekers op de vlucht. Enkel Lwiro, Uvira en Elizabethstad waren in 1961 nog werkzaam, met een personeelsbestand dat soms tot op een derde uitgedund was ten opzichte van het jaar ervoor. De stopzetting van de subsidies, zowel de Belgische als Congolese, vormden voor het Instituut het grootste gevaar. Vanaf november 1962 werden de salarissen van het personeel gedekt door de Belgische Technische Bijstand. IWOCA kreeg ook de steun van de Amerikaanse stichtingen (National Institutes of Health, National Science Foundation), het Internationaal Agentschap voor Atoomenergie en het Belgisch Instituut ter Bevordering van het Wetenschappelijk Onderzoek Overzee. In 1962 keerden Europese onderzoekers terug. De samenwerkingsverbanden tussen het centrum van Lwiro en CEMUBAC bloeiden opnieuw op, met name in de strijd tegen de krop in Kivu. Nieuwe seismische stations werden opgericht in Lubudi (Katanga) en Butembo (Noord-Kivu).
Uiteindelijk werd IRSAC bij de verordening van 18 augustus 1967, net als alle wetenschappelijke instituten van Congo-Leopoldstad, verbonden aan het nationale bureau voor onderzoek en ontwikkeling. De centra werden nu eenvoudige administratieve diensten in het regime van Mobutu Sese Soko. Er kwam een eind aan hun fundamentele onderzoeksactiviteiten. Voortaan richtten ze zich op toegepast onderzoek.
Vandaag
In oktober 1975 werden de voormalige gebouwen van het IWOCA bevestigd aan het Institut de Recherche Scientifique. Het Centre van Lwiro bleef aan het hoofd van de werken van de stations van Lwiro, Mabali en Uvira, die gewijd waren aan voedingsleer, geofysica en biologie. Het Centre zelf specialiseerde zich in seismologie. Het werd op 5 november 1982 herdoopt tot Centre de Recherche en Sciences Naturelles en bestaat vandaag nog steeds.
De gebouwen en de inrichting, in het bijzodner van de oude bibliotheek, het herbarium en de dierkundige en etnografische collecties, getuigen nog van het tijdperk van het IWOCA. Het Centre ontving nog op 27 april 2017 de Prix du Patrimoine belge à l’étranger.
Bibliografie
- Institut pour la Recherche Scientifique en Afrique Centrale, Rapports annuels, Brussel, 1948, 1950, 1960-1964, 1966-1976.
- Folia Scientifica Africae Centralis. Informations de l’Institut pour la Recherche scientifique en Afrique centrale, 1 (1955), nr. 1 (31 maart) ; 2 (1956), nr. 2 (30 juni), en nr. 3 (30 september).
- Poncelet, Marc, L’invention des sciences coloniales belges, Parijs, 2008.
- Soyer L., "Van den Berghe (Louis)", in: Biographie Belge d’Outre-Mer, 9 (2015), 387-389.
Noten
- ↑ Louis Van den Berghe, "Discours prononcé à l’inauguration du Centre de Lwiro. La Recherche Scientifique à L’I.R.S.A.C.", in: Folia Scientifica Africae Centralis, 2 (1956), nr. 3 (30 september).
- ↑ Van den Berghe Louis, "Rapport du directeur”, in: Institut pour la Recherche Scientifique en Afrique Centrale.'Premier rapport annuel, Brussel, 1948, p. 47.
- ↑ Vandaag Butare.