Dandelin, Germinal-Pierre (1794-1847)

From Bestor_NL
Revision as of 11:16, 4 June 2010 by AlixBadot (talk | contribs) (Created page with 'category:Wetenschapperscategory:Geboorte 1776-1800category:Wiskundigecategory :Professoren Wiskundige geboren op 12 april 1794 in Bourget en overleden in Elsene …')
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)
Jump to: navigation, search


Wiskundige geboren op 12 april 1794 in Bourget en overleden in Elsene op 15 februari 1847.


Biografie

Germinal-Pierre Dandelin was de zoon van Noël-Pierre Dandelin en Anne-François Botteman afkomstig uit Ecaussines. Hij werd geboren op 12 april 1794 in Bourget, nabij Parijs. Zijn ouders verhuisden naar Gent, waar zijn vader werkte in de prefectuur van het Departement van de Schelde.
Van 1807 tot 1813 volgde hij les aan het Lyceum van de stad. [1].
In hetzelfde jaar nam hij vrijwillig dienst in het Franse leger om het rijk te verdedigen tegen de Engelsen die het eiland Walcheren waren binnengevallen. [2].
Nadien keerde hij terug naar zijn studies en behaalde de eerste prijs wiskunde aan het Lyceum. In november 1813 startte hij aan de école polytechnique van Parijs, maar hij werd gedwongen de wapens terug op te nemen en geraakte gewond op 30 september 1814. Hij verliet de Ecole polytechnique op 1 juli 1815.[3]
In 1815 keerde hij terug naar Gent waar hij zich toelegde op wiskunde en poëzie. In 1816 presenteerde hij met Lambert-Adolphe-Jacques Quetelet (1796-1874) , de opera Jean Second die tweemaal werd opgevoerd in het theater van Gent [4]
Op 4 april 1816 werd hij geneutraliseerd dankzij de steun van Graaf Bernard van Saksen-Weimar, generaal in dienst van Nederland. Eveneens dankzij hem ontving Dandelin zijn bevret van onderluitenant van de genie op 16 april 1817.
[5] Hij werd naar Namen gestuurd waar hij meehielp aan de opbouw van de verdedigingswerken nabij de citadel. Op het einde van 1821 waren de werken afgerond en Dandelin werd naar Antwerpen gestuurd om daar te helpen aan de constructie van forten tussen de Leie en de Schelde.
Hij werd op 1 april 1822 verkozen tot lid van de Académie royale des Sciences et Belles-Lettres de Bruxelles. In 1824 werd hij naar Venloo gestuurd en werd luitenant 1ste klas in de genie. Op 13 mei 1825 werd hij benoemd tot buitengewoon hoogleraar aan de Universiteit van Luik. Hij doceerde de cursus mijnbouw [6] en ontving een eredoctoraat aan de Universiteit van Gent[7].
In hetzelfde jaar keerde hij terug naar Den Haag in naam van een commissie belast met de organisatie van het publieke onderwijs. Hij ging eveneens naar Duitsland waar hij mijnen en wetenschappelijke instellingen bezocht om ze te vergelijken met de Nederlandse. In 1827 voerde hij dezelfde missie uit in Engeland.[8].
In 1829 werd hij aangeduid om het potentieel van de ijzermijnen en de bossen van Hertogenwoud en Grunhaut te onderzoeken.
Tijdens de revolutie van 1830, neemt Dandelin terug de wapens op. Op 13 september, werd hij benoemd tot artillerie commandant van de stadswacht. Beschuldigd van verraad, ontsnapte hij aan executie dankzij de interventie van vrienden en een plakkaat ondertekend op 28 september 1830 door de Graaf van Berlaymont, commandant van de stadswacht.[9]
Vanaf 1830 maakte hij deel uit van de examenjury van de militaire school en van deze voor aspiranten voor het corps des ponts et chaussées.
Op 12 oktober 1830 werd Dandelin naar Ieper gestuurd door de tijdelijke regering en hij verwierf het bevret van majoor van de genie in het leger van de twee Vlaanderen. Hij keerde terug naar Gent op 24 juni 1831 en werd bevorderd tot luitenant-kolonel. Hij ontsnapte aan de Conseil de guerre dankzij de interventie van Quetelet en werd naar Namen gestuurd op 7 september 1831.
Op 9 november 1835 werd hij benoemd tot leraar fysica en astronomie aan het Atheneum van Namen[10].
In 1841 werd hem het commando gegeven over de genie van Brussel, Leuven en Vilvoorde, maar bijna tegelijkertijd op 23 oktober 1841, werd hij overgeplaatst naar Luik, om daar het bevel te voeren over de versterkingen van de 3de territoriale divisie.
In hetzelfde jaar werd hij onderscheiden met het kruis van de Leopoldsorde.
In 1843 vestigde hij zich in Brussel en werd belast met de leiding over de forten van Antwerpen. Hij werd kolonel van de genie en hield zich ook bezig met de administratie. In 1845 werd hij door de Kamer van Volksvertegenwoordigers benoemd tot lid van een commissie die de oorzaken onderzocht van de instorting van een tunnel in Kumtich nabij Tienen.
Hij was lid van een commissie opgericht op 9 februari 1846 die belast was met examiner les documents géodésiques de la triangulation du royaume exécutée antérieurement à 1830, et arrêter les bases principales et le mode d’exécution du travail complémentaire de celui auquel ces documents appartiennent [11] .
In 1846 werd hij directeur van de Klasse van de Wetenschappen aan de Académie royale des Sciences et des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique die werd gereorganiseerd. Hij werd door de koning gekozen voor de functie van president voor één jaar.

Hij overleed op 15 februari 1847.


Werken

Dandelin publiceerde in mei 1815 over twee problemen van de beschrijvende geometrie, "Géométrie descriptive solution à ces deux questions"[12].
In 1817 presenteerde hij een werk aan de Académie royale des Sciences et Belles-Lettres de Bruxelles, over "Sur quelques parties de la géometrie", maar deze laatste werd niet uitgegeven.

Na het werk van Quetelet over het brandpunt en de kegelsneden voorgesteld aan de Academie, hernam Dandelin zijn studie van de wiskunde. Hij presenteerde in 1822 een "Mémoire sur quelques propriétés remarquables de la focale parabolique"[13] die zijn verkiezing tot academicus mogelijk maakte.
De meeste werken van Dandelin werden gepubliceerd aan de Academie.[14]
Tegelijkertijd met zijn werk over de geometrie, maakte Dandelin ook puur wiskundige analyses.[15]. Dandelin maakte ook een aantal publicaties ter ondersteuning van zijn lessen.[16]
Door de politieke gebeurtenissen, verliet Dandelin voor een paar jaar het wetenschappelijk werk. Hij stelde in 1835 een publicatie op over "Sur la détermination géométrique des orbites cométaires"[17], het werd pas vier jaar later gepubliceerd. Het artikel van Dendelin geciteerd door Quetelet in volume Correspondance mathématique et physique (1825) bevat stellingen die gekend zijn onder de naam théorèmes belges[18]

Publicaties



Mémoires de l’Académie royale de Bruxelles



Bibliografie



Nota’s


  1. QUETELET, Lambert-Adolphe-Jacques, Le colonel Dandelin, in Sciences mathématiques et physiques chez les Belges du commencement du XIXe siècle, Brussel : Librairie Européenne de C. Muquardt, 1867, p. 138.
  2. VANDER MEERSCH, Aug., Dandelin (Germinal-Pierre), in Biographie Nationale, vol. 4, Brussel : Thiry : Imprimeur-éditeur, 1873, kol. 663.
  3. Volgens documenten beschikbaar op de website van de Ecole polytechnique, was hij afwezig van september 1814 tot 22 december van hetzelfde jaar. In een certificaat werd er vermeld dat hij gewond was geraakt door een lans tijdens de verdediging van Parijs op 30 september 1814.
    Notice biographique de Pierre-Germinal Dandelin in Archives de l’École polyechnique de Paris : La grande famille polytechnicienne.
    QUETELET, Lambert-Adolphe-Jacques, Le colonel Dandelin, in Sciences mathématiques et physiques chez les Belges du commencement du XIXe siècle, Brussel : Librairie Européenne de C. Muquardt, 1867, p. 138-164.
  4. VANDER MEERSCH, Aug., Dandelin (Germinal-Pierre), in Biographie Nationale, vol. 4, Brussel : Thiry : Imprimeur-éditeur, 1873, kol. 663.
  5. Dandelin, Germinal-Pierre, in LE ROY, Alphonse, Liber mémorialis, l’université de Liége depuis sa fondation, Luik: imprimerie de J.-G. Carmanne, 1869, kol. 127.
  6. Dandelin, Germinal-Pierre, in LE ROY, Alphonse, Liber mémorialis, l’université de Liége depuis sa fondation, Luik: imprimerie de J.-G. Carmanne, 1869, kol. 132
  7. QUETELET, Lambert-Adolphe-Jacques], [http://books.google.be/books?id=oEZBAAAAYAAJ&hl=fr&pg=PA138#v=onepage&q&f=false Le colonel Dandelin, in Sciences mathématiques et physiques chez les Belges du commencement du XIXe siècle, Brussel : Librairie Européenne de C. Muquardt, 1867, p. 160.
  8. VANDER MEERSCH, Aug., Dandelin (Germinal-Pierre), in Biographie Nationale, vol. 4, Brussel : Thiry : Imprimeur-éditeur, 1873, kol. 665.
  9. QUETELET, Lambert-Adolphe-Jacques, Le colonel Dandelin, in Sciences mathématiques et physiques chez les Belges du commencement du XIXe siècle, Brussel : Librairie Européenne de C. Muquardt, 1867, p. 157.
  10. Dandelin, Germinal-Pierre, in LE ROY, Alphonse, Liber mémorialis, l’université de Liége depuis sa fondation, Luik: imprimerie de J.-G. Carmanne, 1869, kol. 135.
  11. VANDER MEERSCH, Aug., Dandelin (Germinal-Pierre), in Biographie Nationale, vol. 4, Brussel : Thiry : Imprimeur-éditeur, 1873, kol. 667.
  12. Correspondance sur l’École Royale Polytechnique à l’usage des élèves de cette école , vol. 3, Parijs : Veuve Courcier, 1816, p. 203-205.
  13. Nouveaux mémoires de l’Académie Royale des Sciences et Belles-Lettres de Bruxelles, vol. 2, Brussel: P.J. De Mat, 1822, p. 171-202.
  14. DANDELIN, Germinal-Pierre, Mémoire sur l'hyperboloide de révolution, et sur les hexagones de Pascal et de M. Brianchon, in Nouveaux mémoires de l’Académie Royale des Sciences et Belles-Lettres de Bruxelles, vol. 3, Brussel: P.J. De Mat, 1826, p. 3-86.
    DANDELIN, Germinal-Pierre, Sur les intersections de la sphère et d'un cône du second degré, in Nouveaux mémoires de l’Académie Royale des Sciences et Belles-Lettres de Bruxelles, vol. 4, Brussel: M. Hayez, 1827, p. 1-11.
    DANDELIN, Germinal-Pierre, Mémoire sur l'emploi des projections stéréographiques en géometrie, in Nouveaux mémoires de l’Académie Royale des Sciences et Belles-Lettres de Bruxelles, vol. 4, Bruxelles: M. Hayez, 1827, p. 11-48.
  15. DANDELIN, Germinal-Pierre, Recherches sur la résolution des équations numériques, in Nouveaux mémoires de l’Académie Royale des Sciences et Belles-Lettres de Bruxelles, vol. 3, Brussel: P.J. De Mat, 1826, p. 7-71.
  16. DANDELIN, Germinal-Pierre, Leçons sur la mécanique et les machines, Luik : imprimerie de H. Dessain, 1827.
  17. Nouveaux mémoires de l’Académie Royale des Sciences et Belles-Lettres de Bruxelles, vol. 13, Brussel: M. Hayez, 1839, p. 1-41.
  18. HUBAUT, Xavier, Les théorèmes belges, in Mathématiques du secondaire, geconsulteerd op 11 mei 2010 om 16u15.