Mailly, Nicolas-Édouard (1810-1891)

From Bestor_NL
Revision as of 10:41, 22 October 2012 by Wendy (talk | contribs)
Jump to: navigation, search
Mailly, Nicolas-Édouard (1810-1891)

Astronoom, historicus, professor aan de Koninklijke Militaire School in Brussel, geboren op 17 juni 1810 in Brussel en overleden op 8 oktober 1891 in Sint-Joost-Ten-Noode .

Biografie

Édouard Mailly wordt op 17 juni 1810 in Brussel geboren. Zijn vader is muzikant bij de Koninklijke Muntschouwburg et kapelmeester in verschillende kerken van de hoofdstad. Mailly doet zijn middelbare studies aan het Atheneum van Brussel waar hij lessen volgt bij Adolphe Quetelet. Hij schrijft zich vervolgens in op de faculteit wetenschappen aan de universiteit van Luik waar hij in 1831 promoveert tot doctor in de fysica en wiskunde . Dit diploma heeft evenwel geen enkele waarde, aangezien het verleend werd onder het Hollandse bewind.[1]
In 1832 wordt Mailly benoemd tot hulp-astronoom in de Brusselse Sterrenwacht. Hij wordt er de secretaris van Adolphe Quetelet. In 1833 wordt hij tot adjunct secretaris van het Museum van Kunsten en Industrie benoemd. Hij doet zijn intrede in de Koninklijke Militaire School als repetitor wiskunde in 1985. Een ministerieel besluit benoemt Mailly op 13 maart 1839 tot hulp-rekenaar aan de Koninklijke Sterrenwacht van België. Op 6 april 1840 wordt hij in zijn functie van repetitor in de Militaire School bevestigd en op 11 oktober 1845 benoemt men hem per ministerieel besluit tot secretaris van de administratieve commissie van het Museum.[2]


Mailly onderneemt een groot aantal reizen door Europa om wetenschappelijke instellingen, observatoria en universiteiten te bezoeken. Hij stelt rapporten op waarin hij de geschiedenis en organisatie van deze diverse instellingen beschrijft. In 1859 ontvangt hij het kruis in de Leopoldsorde voor zijn loopbaan bij het Observatorium. Mailly wordt in 1884 tot officier bevorderd en ontvangt daarvoor, in 1886, het erekruis Eerste Klas[3] Op 16 december 1867 wordt hij correspondent van de Koninklijke Academie van België voor wetenschappen en kunsten. Een lidmaatschap volgt op 15 december 1876. In 1886 wordt hij aangesteld tot directeur van de Klasse van de Wetenschappen. Mailly neemt deel aan alle werkzaamheden en activiteiten van alle Klassen van de Academie. Op 1 december 1877 wordt hij door de Société belge de géographie als volwaardig lid opgenomen.[4] In 1869 neemt hij ontslag zowel uit zijn post van secretaris van het Musée des Arts et de l’Industrie als uit die van hulp-astronoom bij de Koninklijke Sterrenwacht van België, om zich volledig te kunnen toeleggen op de geschiedschrijving van de Academie.


Mailly wordt in 1855, 1856 en 1857 aangeduid om te zetelen in de jury voor de examens van de middelbare scholen. In 1869 doet hij hetzelfde voor de jury voor de examens aan de universiteit en in 1879 maakt hij deel uit van de jury die met het uitreiken van de vijfjaarlijkse prijs van wiskunde en natuurwetenschappen belast is. Hij vervult de functie van secretaris in deze jury. Op 5 juli 1877 wordt hij als lid in de commissie van de Koninklijke Sterrenwacht van België binnengehaald. Hij vervult er de functie van secretaris. Wanneer Houzeau met pensioen vertrekt, wordt Mailly gevraagd om samen met Jean-Baptiste Liagre en Jan Stas de leiding van de instelling over te nemen. Het koninklijk besluit van 24 december 1883 bekrachtigt deze benoeming.
Hij overlijdt in Sint-Joost-ten-Noode op 8 oktober 1891.[5]


Werken

Mailly werkt mee aan alle publicaties van het Observatorium : de Annuaire, de ’Almanach séculaire, de Annales en de Correspondance mathématique et physique. In het jaarboek van het observatorium publiceert hij rond een verscheidenheid van onderwerpen: over de positie van het Observatorium, de uitbreidingen van het zonnestelsel sedert 1843, de ontdekking van Neptunus, de kleine planeten en kometen en over de Belgische en de wereldbevolking in België. Hij publiceert allerlei in het observatorium opgetekende gegevens in verband met magnetisme, zwaartekracht en meteorologie en schrijft historische notities over de satellieten van de planeten en over de tijdrekening. Zijn reisverslagen vinden eveneens een weg naar de jaarboeken. Hij maakt ook een vertaling van de biografische nota van de Duitse astronoom Frédéric Argelander van de hand van Schoenfeld.[6]


Eén van de belangrijkste verhandelingen die hij aan de Academie voorstelt is ‘‘Le tableau de l'Astronomie dans l'hémisphère austral et dans l'Inde’’ die verschijnt in 1882. Hij wijdt erin uit over de geboekte vooruitgang op het domein van de kennis van de astronomie in het zuidelijk halfrond. Mailly is de auteur verschillende verhandelingen over de gevoerde onderzoeken en over instellingen uit het buitenland. In 1850 publiceert hij zijn Principes de la science du calcul (rekenkunde en algebra), een korte verhandeling die de lezer meeneemt vanaf de eerste principes van de rekenkunde tot aan de exponentiële vergelijkingen en die een geknopte geschiedenis van de rekenkunde en de algebra bevat.[7] In het jaarboek van 1860 publiceert hij een samenvatting over l'Histoire de l'astronomie aux États-Unis d'Amérique. Van 1861 tot 1867 schrijft Mailly de opeenvolgende delen van zijn Essai sur les Institutions scientifiques de la Grande-Bretagne et de l'Irlande en in 1868 levert hij een Histoire scientifique de l’Espagne af.[8] In 1872 wordt hij belast met het opmaken van een seculier rapport over de werken van de Academie.


Mailly schrijft eveneens het overlijdensbericht van Quetelet en van diens zoon Ernest. In 1878 schrijft hij een verhandeling voor de Klasse van de schone kunsten over de oorsprong van het Koninklijk Conservatorium voor Muziek van Brussel. In 1882 verschijnt van zijn hand een ‘‘Histoire de l’Académie impériale et royale des Sciences et Belles-Lettres de Bruxelles’’. In december 1886 publiceert hij zijn Étude pour servir à l'histoire de la culture intellectuelle à Bruxelles pendant la réunion de la Belgique à la France. Hij brengt hierin het staatsonderwijs ter sprake dat in Brussel door het nieuwe bewind werd geïntroduceerd, de wetenschappelijke en literaire genootschappen die in deze stad zetelen, de diverse collecties die er bestaan en de literaire en wetenschappelijke werkzaamheden die plaatshebben. Op 4 juni 1888 verschijnt van zijn hand een laatste verhandeling over La Société de littérature de Bruxelles (1800-1823). Hij is tevens auteur van een autobiografie die verschijnt op het moment dat hij overlijdt.


Publicaties


Nota’s

  1. TERBY, François, "Notice sur Nicolas-Édouard Mailly", in Annuaire de l’Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, 1893, p. 380.
  2. TERBY, François, "Notice sur Nicolas-Édouard Mailly", in Annuaire de l’Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, 1893, p. 381.
  3. TERBY, François, "Notice sur Nicolas-Édouard Mailly", in Annuaire de l’Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, 1893, p. 397.
  4. TERBY, François, "Notice sur Nicolas-Édouard Mailly", in Annuaire de l’Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, 1893, p. 392.
  5. TERBY, François, "Notice sur Nicolas-Édouard Mailly", in Annuaire de l’Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, 1893, p. 399.
  6. VANDERLINDEN, Henri-Louis, "Mailly, (Nicolas-Édouard)", in Biographie Nationale, d. 35, Brussel : Établissements Émile Bruylant, 1969, col. 560.
  7. TERBY, François, "Notice sur Nicolas-Édouard Mailly", in Annuaire de l’Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, 1893, p. 384.
  8. TERBY, François, "Notice sur Nicolas-Édouard Mailly", in Annuaire de l’Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, 1893, p. 383.

Bibliografie

  • VANDERLINDEN, Henri-Louis, "Mailly, (Nicolas-Édouard)", in Biographie Nationale, vol. 35, Brussel : Établissements Émile Bruylant, 1969, kol. 559-562.