Difference between revisions of "Société royale de botanique de Belgique"
m (→Stichtende leden) |
m |
||
Line 39: | Line 39: | ||
# [[Morren, Charles-Jacques-Édouard (1833-1886)| Edouard Morren (1833-1886)]], raadgever | # [[Morren, Charles-Jacques-Édouard (1833-1886)| Edouard Morren (1833-1886)]], raadgever | ||
# [[Muller, Félix (1818-1896)|Félix Muller (1818-1896)]], raadgever | # [[Muller, Félix (1818-1896)|Félix Muller (1818-1896)]], raadgever | ||
− | # [[Piré, Louis-Alexandre-Henri-Joseph | + | # [[Piré, Louis-Alexandre-Henri-Joseph (1827-1887)|Louis Piré (1827-1887)]], secretaris |
# le chanoine P. Puissant | # le chanoine P. Puissant | ||
# [[Rodigas, Emile (1831-1902)|Emile Rodigas (1831-1902)]] | # [[Rodigas, Emile (1831-1902)|Emile Rodigas (1831-1902)]] |
Revision as of 14:27, 10 March 2014
Botanische vereniging, opgericht in 1862. Uitgever van Plant ecology and evolution.
2005 - | Société royale de botanique de Belgique/Koninklijke Belgische botanische vereniging. |
1862 - 2005 | Société royale de botanique de Belgique |
Contents
Historiek
In voorjaar van 1862 lanceerden twee jonge plantkundigen, Karl Grün, student aan de Universiteit van Brussel en Alfred Wesmael, professor plantkunde aan de Hoger Rijksinstituut voor Tuinbouw, een circulaire waarmee ze de plantkundigen in Brussel uitnodigden om een genootschap op te richten. Het was tijdens de tweede zitting op 1 juni 1862 dat het genootschap werd opgericht. De Société vormde een forum waar jonge Belgische botanici elkaar konden ontmoeten en ideeën uitwisselen, onder het keurende oog van voorzitter Barthélemy Charles Joseph Du Mortier, de "Nestor van de Belgische plantkunde" . Met de keuze van de gevestigde botanicus en staatsman Dumortier als voorzitter kreeg de vereniging politiek gewicht. Du Mortier was namelijk ook de belangrijkste promotor van het botanisch staatsproject. Het is dan ook geen toeval dat de Société tijdens deze periode het gros van de medewerkers voor de recent heropgerichte Rijksplantentuin leverde. Du Mortier bleef tot aan zijn dood in 1878 op de voorzittersstoel.
De Société royale de botanique de Belgique wijdde zich aan alle aspecten van plantenkunde. Het doel was het bestuderen en verzamelen van de Belgische flora, het promoten van de botanica en het plantkundig onderzoek en met publicaties bijdragen tot de vooruitgang van de wetenschap. Ze vormde botanische collecties en publiceerde verslagen van haar vergaderingen. Een keer per jaar organiseerde de Société plantverzamelexcursies. Het genootschap bleef gedurende zijn 150-jarig bestaan zeer actief. In 2010 bood het nog excursies aan om de Belgische flora te ontdekken. Het bezat een grote collectie van boeken en tijdschriften die werd opgenomen in de bibliotheek van de Rijksplantentuin en die voor de leden toegangelijk was.
Stichtende leden
Het genootschap telde 33 stichtende leden:
- Jean-Edouard Bommer (1829-1895), conservator van collecties
- Ferdinand Campion (?-1917)
- Jean-Baptiste Carnoy (1836-1899)
- Eugène Coemans, vice-president
- Alfred Cogniaux (1841-1916)
- François Crépin (1830-1903), raadgever
- André Devos (1834-?)
- Victor De Moor (1827-1895)
- Barthélemy Charles Joseph Du Mortier, voorzitter
- Nicolas Funck, raadgever
- L. Goomans, penningmeester
- Karl Grün (1843-1890)
- A. Joly
- Laboulle
- Philippe Lejeune
- H. Louis
- Constantin Malaise (1834-1916)
- Edouard Morren (1833-1886), raadgever
- Félix Muller (1818-1896), raadgever
- Louis Piré (1827-1887), secretaris
- le chanoine P. Puissant
- Emile Rodigas (1831-1902)
- Auguste-Joseph Schram
- A. Schutz-Loubrie
- l'Abbé Ch. Strail
- Jules Tosquinet (1824-1902)
- Charles Van Bambeke (1829-1918)
- le Chanoine Vandenborn
- Gérard-Constant Van Haesendonck (1810-1881)
- Henri Van Heurck (1838-1909)
- Alfred Wesmael, raadgever
- Gérard-Daniel Westendorp (1813-1868), vice-voorzitter[1]
- Antoine Willems (1839-1912)
Organisatie
In 1862 had het genootschap effectieve en geassocieerde leden. Het jaarlijkse lidgeld bedroeg 10 frank. De directie van het genootschap was in handen van een raad gekozen uit de effectieve leden en was voor drie jaren verkozen. De raad bestond uit een voorzitter, twee vice-voorzitters, een secretaris, een penningmeester, een conservator van de collecties en vijf raadgevers.
Het genootschap vergaderde in gewone zitting twee keer per jaar in Brussel en één keer per jaar in buitengewone sessie. De plaats van deze sessie werd gekozen tijdens de eerste gewone zitting. De buitengewone sessie werd gevolgd door een plantenverzameling.
De administratieve raad bestond in 1862 uit :
- Barthélemy Charles Joseph Du Mortier
- Jean Kickx (1803-1864), ere-voorzitter
- Eugène Coemans, vice-voorzitter
- G. Westendorp, vice-voorzitter
- Louis Piré (1827-1887), secretaris
- L. Goomans, penningmeester
- Jean-Edouard Bommer (1829-1895), conservator van de collecties
- François Crépin (1830-1903), raadgever
- N. Funck, raadgever
- Edouard Morren (1833-1886), raadgever
- Félix Muller (1818-1896), raadgever
- Alfred Wesmael (1832-1905), raadgever
In 1862 bestond het genootschap uit 107 effectieve leden en 26 geassocieerde leden.
De lijst van de leden en de statuten uit 1862 zijn beschikbaar in Bulletin de la Société royale de botanique de Belgique, 1862, vol.1.
De nieuwe statuten waren opgesteld in 1868 en gepubliceerd in Bulletin de la Société royale de botanique de Belgique, 1875, vol. 14
Na de nieuwe wet uit 1921 van de wet op de burgerlijke personificatie van non-profit organisaties, werd het officieel een vzw op 10 januari 1925.
[2]
Zetel
In 1867 had de Société royale de Botanique de Belgique zijn zetel in Brussel in de Rijksplantentuin, koningsstraat, 236 b.
In 2005 verhuisde het genootschap naar Jardin Massart, Waversesteenweg 1850, 1160 Brussel.
Prijzen
In 1894 werd de François Crépin prijs opgericht: het beloond onderzoek naar de flora in België en in de grensgebieden. De eerste laureaat was Emile de Wildeman (1866-1947). De prijs werd om de drie jaar uitgereikt.
In 1906, liet Léo Errera in zijn testament een bedrag van 25000 frank na aan de Académie royale de Belgique voor de creatie van een prijs in de algemene biologie. De prijs ter waarde van 1800 frank wordt door de Klasse Wetenschappen om de drie jaar toegekend aan Belgische of buitenlandse auteurs van originele en belangrijke werken in de biologie. Nu beloond het onderzoek in de domeinen van de fysiologie, de genetica en de morfologie. De prijs wordt om de drie jaar toegekend.
In 1907, bood het genootschap een som van 500 frank aan voor het bevorderen van de studie van de plantkunde.[3]
De Emile Marchal prijs beloond om de zes jaar een werk over de mycologie, de microbiologie of de phytopathologie.
De Prijs Emile de Wildeman, opgericht in 1951 door Simone de Wildeman, beloonde om de drie jaar een publicatie over de tropische flora.
Publicaties
De Société royale de botanique de Belgique publiceerde vanaf haar oprichtingsjaar tot op vandaag een bulletin onder wisselende titels:
- Bulletins de la Société royale de botanique de Belgique,1862-1989, vol.1-122
KBR: BD 20.970 (Magasin - Bibliographie de Belgique, Wettelijk depot)
vol.1-53 online beschikbaar - Belgian journal of botany: bulletin de la Société royale de botanique de Belgique = bulletin van de Koninklijke Belgische Botanische Vereniging, 1990-2010 , vol. 123-142
KBR: BD 20.970 (Magazijn - Bibliographie de Belgique, Wettelijkdepot) - Plant Ecology and Evolution, 2010- , vol.143-
- Mémoires de la Société royale de botanique de Belgique = Verhandelingen van de Koninklijke Belgische Botanische Vereniging, 1963-1990, n° 1-12
boeknummer : B 20.066 (Magazijn- Algemene leeszaal)
Bibliografie
- Annuaire de L'Académie Royale Des Sciences, Des Lettres Et Des Beaux-Arts de Belgique, 1908.
- Biographie Nationale
Externe linken
- Société royale de botanique de Belgique
- Belgian Journal of Botany
- Statuten van de Société royale de botanique de Belgique
Noten
<references>- ↑ PIRÉ, Louis, "Notice sur G. Westendorp, vice-président de la Société", Bull. Soc. Roy. Bot. Belg. 9 (1870) p. 465-472.
- ↑ De nieuwe statuten staan online op: site van de Federale overheidsdienst.
- ↑ Bulletin de la Société royale de botanique de Belgique, 1907, vol.44