Difference between revisions of "Société royale de botanique de Belgique"

From Bestor_NL
Jump to: navigation, search
m (Organisatie)
m
Line 18: Line 18:
 
===Stichtende leden===
 
===Stichtende leden===
 
Het genootschap telde 33 stichtende leden:
 
Het genootschap telde 33 stichtende leden:
# [[Bommer, Jules-Édouard (1829-1895)|Jean-Edouard Bommer (1829-1895)]], conservator van collecties   
+
# [[Bommer, Jules-Édouard (1829-1895)|Jules-Edouard Bommer (1829-1895)]], conservator van collecties   
 
# Ferdinand Campion (?-1917)
 
# Ferdinand Campion (?-1917)
 
# [[Carnoy, Jean-Baptiste (1836-1899)|Jean-Baptiste Carnoy (1836-1899)]]  
 
# [[Carnoy, Jean-Baptiste (1836-1899)|Jean-Baptiste Carnoy (1836-1899)]]  

Revision as of 14:50, 18 January 2013


2005 - Société royale de botanique de Belgique/Koninklijke Belgische botanische vereniging.
1862 - 2005 Société royale de botanique de Belgique


Historiek

Barthélemy Joseph Dumortier, eerste voorzitter van het genootschap

In voorjaar van 1862, 2 jonge plantkundigen, Karl Grün, student aan de Universiteit van Brussel en Alfred Wesmael, professor plantkunde aan de Hoger Rijksinstituut voor Tuinbouw, lanceren een circulaire waarmee ze de plantkundigen in Brussel uitnodigen om een genootschap op te richten. Het was tijdens de tweede zitting op 1 juni 1862 dat het genootschap werd opgericht en dat Barthélemy Charles Joseph Du Mortier, verkozen werd tot voorzitter.
Bij de oprichting van de Société royale de botanique de Belgique hielden ze zich bezig met alle aspecten van de natuurlijke historie van planten. Het doel was het bestuderen en verzamelen van de Belgische flora, het promoten van de botanica en het plantkundig onderzoek en met zijn publicaties bijdragen tot de vooruitgang van de wetenschap. Ze vormden botanische collecties en publiceerden hun vergaderingen. Een keer per jaar, organiseerden ze plantverzamelingen. Het genootschap bleef gedurende zijn 150 jaar bestaan zeer actief. In 2010 bieden ze nog excursies aan om de Belgische flora te ontdekken. Ze bezaten een grote collectie van boeken en tijdschriften die werden opgenomen in de bibliotheek van de Rijksplantentuin en die toegangelijk waren voor de leden.

Stichtende leden

Het genootschap telde 33 stichtende leden:

  1. Jules-Edouard Bommer (1829-1895), conservator van collecties
  2. Ferdinand Campion (?-1917)
  3. Jean-Baptiste Carnoy (1836-1899)
  4. Eugène Coemans, vice-president
  5. Alfred Cogniaux (1841-1916)
  6. François Crépin (1830-1903), raadgever
  7. André Devos (1834-?)
  8. Victor De Moor (1827-1895)
  9. Barthélemy Charles Joseph Du Mortier, voorzitter
  10. Nicolas Funck, raadgever
  11. L. Goomans, penningmeester
  12. Karl Grün (1843-1890)
  13. A. Joly
  14. Laboulle
  15. Philippe Lejeune
  16. H. Louis
  17. Constantin Malaise (1834-1916)
  18. Edouard Morren (1833-1886), raadgever
  19. Félix Muller (1818-1896), raadgever
  20. Louis Piré (1827-1887), secretaris
  21. le chanoine P. Puissant
  22. Émile Rodigas (1831-1902)
  23. Auguste-Joseph Schram
  24. A. Schutz-Loubrie
  25. l'Abbé Ch. Strail
  26. Jules Tosquinet (1824-1902)
  27. Charles Van Bambeke (1829-1918)
  28. le Chanoine Vandenborn
  29. Gérard-Constant Van Haesendonck (1810-1881)
  30. Henri Van Heurck (1838-1909)
  31. Alfred Wesmael (1832-1905), raadgever
  32. Gérard-Daniel Westendorp (1813-1868), vice-voorzitter[1]
  33. Antoine Willems (1839-1912)


Organisatie

In 1862 had het genootschap effectieve en geassocieerde leden. Het jaarlijkse lidgeld bedroeg 10 frank. De directie van het genootschap was in handen van een raad gekozen uit de effectieve leden en was voor drie jaren verkozen. De raad bestond uit een voorzitter, twee vice-voorzitters, een secretaris, een penningmeester, een conservator van de collecties en vijf raadgevers.
Het genootschap vergaderde in gewone zitting twee keer per jaar in Brussel en één keer per jaar in buitengewone sessie. De plaats van deze sessie werd gekozen tijdens de eerste gewone zitting. De buitengewone sessie werd gevolgd door een plantenverzameling.

De administratieve raad bestond in 1862 uit :


In 1862 bestond het genootschap uit 107 effectieve leden en 26 geassocieerde leden. De lijst van de leden en de statuten uit 1862 zijn beschikbaar in Bulletin de la Société royale de botanique de Belgique, 1862, vol.1.
De nieuwe statuten waren opgesteld in 1868 en gepubliceerd in Bulletin de la Société royale de botanique de Belgique, 1875, vol. 14 Na de nieuwe wet uit 1921 van de wet op de burgerlijke personificatie van non-profit organisaties, werd het officieel een vzw op 10 januari 1925. [2]

Zetel

In 1867 had de Société royale de Botanique de Belgique zijn zetel in Brussel in de Rijksplantentuin, koningsstraat, 236 b.
In 2005 verhuisde het genootschap naar Jardin Massart, Waversesteenweg 1850, 1160 Brussel.

Prijzen

In 1894 werd de François Crépin prijs opgericht: het beloond onderzoek naar de flora in België en in de grensgebieden. De eerste laureaat was Emile de Wildeman (1866-1947). De prijs werd om de drie jaar uitgereikt.
In 1906, liet Léo Errera in zijn testament een bedrag van 25000 frank na aan de Académie royale de Belgique voor de creatie van een prijs in de algemene biologie. De prijs ter waarde van 1800 frank wordt door de Klasse Wetenschappen om de drie jaar toegekend aan Belgische of buitenlandse auteurs van originele en belangrijke werken in de biologie. Nu beloond het onderzoek in de domeinen van de fysiologie, de genetica en de morfologie. De prijs wordt om de drie jaar toegekend.
In 1907, bood het genootschap een som van 500 frank aan voor het bevorderen van de studie van de plantkunde.[3]
De Emile Marchal prijs beloond om de zes jaar een werk over de mycologie, de microbiologie of de phytopathologie.
De Prijs Emile de Wildeman, opgericht in 1951 door Simone de Wildeman, beloonde om de drie jaar een publicatie over de tropische flora.

Publicaties


Bibliografie


Externe linken


Notes

<references>
  1. PIRÉ, Louis, "Notice sur G. Westendorp, vice-président de la Société", Bull. Soc. Roy. Bot. Belg. 9 (1870) p. 465-472.
  2. De nieuwe statuten staan online op: site van de Federale overheidsdienst.
  3. Bulletin de la Société royale de botanique de Belgique, 1907, vol.44